Eten
alle pijlers
Wecken
zaterdag 27 september 2008 om 08:13
mijn moeder had door de groenten en fruit tuin elk jaar zomer een flink fruitoverschot. bessen bramen aardbeien in overvloed, viel niet tegenop te eten !
Zwarte bessen op jenever
2 kilo zwarte bessen
2 kilo suiker
2 liter jenever.
1 weckpot
1 donkere koele plaats om de weckpot weg te zetten.
en twee jaar geduld
Was de bessen goed, doe de gewassen bessen met de suiker en jenever in de weckpot. sluit de weckpot goed af, en zet weg voor minimaal 1 jaar.
als de weckpot lang genoeg gestaan heeft dan heb je de lekkerste bessen jenever die je ooit geproeft hebt !
de zwarte bessen die deed mijn moeder vaak door de cake, of bij desserts ....
Zwarte bessen op jenever
2 kilo zwarte bessen
2 kilo suiker
2 liter jenever.
1 weckpot
1 donkere koele plaats om de weckpot weg te zetten.
en twee jaar geduld
Was de bessen goed, doe de gewassen bessen met de suiker en jenever in de weckpot. sluit de weckpot goed af, en zet weg voor minimaal 1 jaar.
als de weckpot lang genoeg gestaan heeft dan heb je de lekkerste bessen jenever die je ooit geproeft hebt !
de zwarte bessen die deed mijn moeder vaak door de cake, of bij desserts ....
zaterdag 27 september 2008 om 08:36
Uit het Weckboekje
Het snel bederven van levensmiddelen is te wijten aan bacteriën, die zich daarin of daarop en in de buitenlucht bevinden. Door verhitting bij 100 C gedurende een zekere tijd (0,5-1,0 uur) worden de bacteriën gedood. Zodoende worden de voedingsmiddelen en de lucht in de potten tijdens het wecken steriel gemaakt.
Bij het afkoelen wordt het deksel door de sterke onderdruk in de potten vastgedrukt. Er kunnen dan geen levende bacteriën tot de voedingsmiddelen doordringen.
Het is van belang regelmatig de potten te controleren, zowel de eerste dagen als de weken daarna.
Als een pot toch een los deksel heeft kan dat komen door:
1. Bemesting met kunstmest of met teveel onrijpe dierlijke mest.
2. Ongunstige invloeden tijdens de groei, te snel rijpen door hitte of veel regen of anderszins opjagen.
3. Te lang bewaard vóór het wecken.
4. Beschadiging van pot of deksel of te oude rubberring.
Als een deksel pas na een paar weken los zit is de inhoud ongeschikt voor consumtie.
1. Netheid is voor het slagen van de inmaak de allerbelangrijkste factor.
2. Inmaakglazen en deksels, ook nieuwe, moeten met een glazenborstel in warm sodawater of in een ander, gelijksoortig afwasmiddel worden afgewassen, daarna in schoon water nagespoeld en omgekeerd op een schone doek die niet pluist, gezet.
3. Men moet voorzichtig met de vingertoppen (met de nagel gaat beter) over de rand van de glazen en de deksels strijken om zich er van te overtuigen dat er geen scherfjes af zijn. Beschadigde glazen en deksels kunnen in geen geval voor het steriliseren gebruikt worden.
4. Inmaakringen moet men enkele minuten onder bijvoeging van soda of een gelijksoortig reinigingsmiddel uitkoken en tot het gebruik in fris water leggen.
5. Inmaakringen, die al vaker gebruikt zijn, moeten zorgvuldig nagekeken worden. Scheurtjes en breuken ontdekt men het best door de ring tussen beide duimen en wijsvingers te nemen en al rondgaande telkens iets uit te rekken. Als men de buitenrand van boven bekijkt, kan men ongelijke dikten constateren. Alleen met een gave en gelijkmatig gesneden gummiring wordt een doelmatige afsluiting van het inmaakglas gewaarborgd.
6. De glazen vullen met behulp van de practische vultrechter van doorzichtig plastic. die u ook kan maken door een plastic maatkannetje van de bodem te ontdoen.
7. Als u warm inmaakgoed in de glazen doet, zet ze dan op een natte doek.
8. Tot welke hoogte moet men de glazen vullen?
a. Rauw inmaakgoed tot onmiddelijk onder de rand.
b. Voorgekookt inmaakgoed tot 2 cm onder de glasrand.
c. Brijachtig inmaakgoed tot 4 cm onder de glasrand.
d. Alle vloeistoffen tot 2 cm onder de glasrand.
e. Nadat de glazen in de ketel zijn geplaatst op het draadrooster of met behulp van een stangenhouder giet men water in de ketel tot ongeveer 3/4 van de hoogte van de glazen. Als 2 lagen glazen op elkaar worden gezet of kleine glazen naast grotere gezet worden moet men het nivo van het water regelen naar het bovenste of het grootste glas. Het feit dat sommige glazen dan helemaal onder water staan geeft geen moeilijkheden omdat de beugels de glazen volkomen gesloten houden. Zie ook opmerkingen over potten met schroefdeksel.
f. De temperatuur van het water in de ketel moet bij het begin steeds gelijk zijn aan die in de glazen.
g. Onmiddellijk na afloop van de inmaaktijd neemt men de glazen uit de inmaakketel. Men mag de glazen nooit in water laten afkoelen, omdat daardoor de inmaaktijd nutteloos verlengd wordt. Om dezelfde redenen moet men de uit de ketel gehaalde glazen niet met een doek afdekken. Men moet echter de glazen niet in de tocht of op een koude onderlaag zetten.
h. De uit de ketel genomen glazen moeten om volledig af te koelen onder veerdruk in de glazenhouder of met de beugel afgesloten blijven.
i. De bewaarruimte moet zo mogelijk koel maar vorstvrij en buiten bereik van zonlicht zijn.
j. De eerste dagen na het wecken is het van groot belang te controleren of de glazen goed gesloten blijven.
Welke groenten?
Voor de inmaak gebruikt men alleen jonge, zachte groenten, die als zij uit eigen tuin gehaald worden, het best 's morgens vroeg geoogst en nog dezelfde dag verwerkt kunnen worden. Verbouwt men de groeten niet zelf, dan is het zeer belangrijk de groenten van een betrouwbare kwekerij te betrekken, want voor de inmaak bestemde groenten behoren noch met gier, nog met faecaliën bemest te zijn. Ook kunstmest is schadelijk, wanneer deze kort voor de oogst gebruikt wordt en de plant tot nieuwe groei aanzet.
Moeten de voor conservering bestemde groenten tot de volgende dag bewaard worden, dan legt men ze 's nachts uit elkaar gespreid op een koele plaats. Te warm bewaarde of op elkaar gelegde groenten gaan gemakkelijk tot gisting over, die na het inmaken in het glas voortgaat.
Troebele vloeistof, die men dadelijk na de inmaak ziet, behoeft geen aanleiding tot bezorgdheid te zijn, daar ze bestanddeel van de groenten kan zijn. Wordt de heldere vloeistof later troebel of vertoont zich witte aanslag op de bodem dan is dat meestal het teken van beginnend bederf. De inhoud van deze glazen mag in geen geval gebruikt worden.
Rauw of voorgekookt
Volgens het boekje van Weck kunnen groenten zowel rauw als voorgekookt geweckt worden. Het grootste verschil zit in de tijd, rauw 90-120 minuten, voorgekookt 60-90 minuten.
Bij voorkoken eerst het water aan de kook brengen, dan de groenten toevoegen en die na 5 minuten met een schuimspaan uit het kookwater scheppen en in de potten doen.
De potten aanvullen met schoon water. Het kookwater weggieten, daarin zit wellicht vuil en enzymen. Zelf verder uitproberen lijkt me zinvol.
Uit de culinaire encyclopedie
Steriliseren is een wijze van conserveren*. door de voedingsmiddelen in flessen gedurende een bepaalde tijd op 100 gr. C. te verhitten en vervolgens luchtdicht af te sluiten. In de huishouding wordt gesteriliseerd met behulp van een ketel of in de elektrische oven of in de snelkookpan (voor S. in de snelkookpan zie het speciale Kookboek voor de snelkookpan). De methode wordt toegepast op groenten, paddestoelen, vlees, vis en soms vruchtesap. Tijdens het S. worden bacteriën in de voedingsmiddelen gedood door de hoge temperatuur, terwijl de lucht in de flessen uitzet en voor een deel langs het nog niet vastgezogen deksel ontsnapt. Bij het einde van de steriliseertijd is de spanning binnen en buiten de fles even groot; bij bekoeling echter condenseert de waterdamp in de fles, waardoor de spanning in de fles weer kleiner wordt dan daarbuiten: de buitenlucht drukt derhalve de fles dicht. Gedurende het afkoelen zal de vloeistof door de drukverlaging in de fles nog eens bij een lagere temperatuur gaan koken (borrelen). Dit is een bewijs dat de spanning in de fles kleiner is geworden en niet van buitenaf kan worden aangevuld, dus m.a.w. dat de fles luchtdicht is gesloten. Werkwijze: keuze van het materiaal: inmaakglazen met deksels, die met een rand over of binnen de flesrand passen, gebruiken; liefst glazen en deksels met matgeslepen rand kiezen (voor een goede luchtdichte sluiting). Het materiaal nauwkeurig controleren op gaafheid: glazen en deksels waarvan stukjes afgesprongen zijn of die barstjes vertonen, niet gebruiken. Zorgen voor passende, gave caoutehoucringen, die bij uitrekken elastisch zijn en geen barstjes vertonen. In het algemeen voor vruchten en vlees wijde, lage glazen kiezen en voor groenten de nauwe, hoge soort gebruiken. In sommige gevallen kunnen de flessen desnoods vervangen worden door jampotten met bijbehorend plat binnendeksel en gummiring, of ook door gewone flessen, afgesloten met een kurk. Een steriliseerketel met glazen- of flessenhouder en bijbehorende thermometer gebruiken.
Schoonmaken.
Glazen en deksels gedurende enige tijd in heet sodawater laten liggen, met behulp van een speciale fiessenborstel schoonmaken, met warm water naspoelen en omgekeerd op een schone doek zetten. Nieuwe ringen 10 min. in sodawater uitkoken; oude ringen 5 min. in water uitkoken; in warm water naspoelen, op een schone, nietpluizende doek leggen en goed afdrogen. Voorbereiden van de te S. produkten: zie hiervoor onder de betrokken trefwoorden.
Vullen:
de glazen voor het vullen op een dubbelgevouwen doek of op een plankje plaatsen, om springen te voorkomen. Om dezelfde reden het toe te voegen warme water of de warme suikerstroop even door de gehele fles laten lopen. In het algemeen moet het vocht reiken tot boven de voedingsmiddelen. De flessen vullen tot ca. 2 cm onder de rand, een veiligheidsmaatregel om te voorkomen dat door uitzetting tijdens de verhitting iets van de inhoud tussen ring en deksel zou dringen, met het gevolg dat het deksel niet meer volkomen zou sluiten. De randen van glas en deksel met een schone, niet-pluizende doek goed droog maken; de droge ring op de rand leggen, zó, dat deze aan alle kanten even ver uitsteekt en het deksel erop plaatsen. Bij j ampotten het schroefdeksel losjes op de pot schroeven bij wijze van beugel. Bij gewone flessen een kurk er niet al te stevig op vastbinden. De glazen op de flessenhouder in de ketel zetten en met de veren vastklemmen door deze in de gleuven van de houder naar beneden te duwen, tot zij een lichte druk op het flessendeksel uitoefenen (bij een te grote druk kan de lucht niet uit de fles ontsnappen tijdens het S.). Of: de deksels niet te stevig vastklemmen met een losse beugel en de flessen in de ketel of in een hoge pan zetten (mocht een beugel te los zitten, dan een propje papier of een schijfje kurk tussen beugel en glas schuiven). Moeten veel glazen tegelijk in de ketel worden gelaatst, dan desnoods de glazen twee aan twee op elkaar stapelen en alleen de bovenste met beugel of klem vastklemmen. De houder met glazen of de losse flessen in de ketel plaatsen en er zoveel lauw water in gieten, dat het tot aan de rand van de flessen komt. Zijn de flessen ongelijk van grootte, dan zal een aantal geheel onder water staan. ]Dit hindert niet, evenmin als het over het glas heen borrelen van liet kokende water (uitgezonderd bij flessen met een schroefdeksel of met een kurk . Het water in de ketel aan de kook brengen (100 gr. C.) en kokend houden gedurende de voorgeschreven tijd. De steriliseertijd rekenen vanaf het ogenblik dat het water kookt: ".
groenten
Gedurende hun normale kooktijd plus 3/4 á 1 uur; d. vruchtesap* 20 Min. S. De flessen of houder met flessen direct na de volbrachte steriliseertijd uit de ketel nemen en op een tochtvrije plaats, bedekt met een doek (om springen te voorkomen), laten bekoelen. Op het moment dat de flessen uit de ketel genomen worden, zal de vloeistof in de fles, door de ontstane luchtverdunning, nog even koken, als bewijs dat de fles gesloten is. Wanneer direct na het uitnemen uit de ketel de inhoud niet nog even kookt, is de kans groot dat er van buiten lucht is binnengekomen door een fout, bijv. door het verschuiven van een ring, een barstje in het dekel enz. IIs deze fout vlug te herstellen en is de inhoud van de fles nog heet, dan kan worden volstaan met deze fles direct ca. 0,5 uur over te S. Bij het S. in de elektrische oven een rooster op de bodem van de koude oven schuiven of (uitsluitend bij open elementen) op de onderste richel. De flessen op het rooster plaatsen, zo, dat zij noch elkaar noch de wand van de oven raken. Tussen de flessen een bakje water zetten om uitdrogen van de ringen en een onaangename caoutehoucgeur te vermijden. BEWAREN: nadat de glazen volkomen bekoeld zijn, de beugels verwijderen; bij jampotten terstond (vóór het afkoelen) het schroefdeksel er verder op vastschroeven; bij gewone flessen terstond (vóór het afkoelen) de kurk er stevig op drukken en vastlakken (z Inmaken in een fles zonder te verhitten). Eventueel kalkaanslag op de buitenkant van de flessen verwijderen met water en azijn. De inmaak bewaren op éen luchtige, koele, drog en donkere plaats (licht veroorzaakt verkleuring van de flesseninhoud). Nu en dan controleren of de flessen nog gesloten zijn. Indien een deksel is losgegaan, de inhoud dadelijk gebruiken of opnieuw 10 á 15 min. S. (bij direct gebruik ook 10 á 15 min. laten doorkeken). Alle flessen voorzien van een etiket met datum. De oudste inmaak altijd het eerst gebruiken.
Het snel bederven van levensmiddelen is te wijten aan bacteriën, die zich daarin of daarop en in de buitenlucht bevinden. Door verhitting bij 100 C gedurende een zekere tijd (0,5-1,0 uur) worden de bacteriën gedood. Zodoende worden de voedingsmiddelen en de lucht in de potten tijdens het wecken steriel gemaakt.
Bij het afkoelen wordt het deksel door de sterke onderdruk in de potten vastgedrukt. Er kunnen dan geen levende bacteriën tot de voedingsmiddelen doordringen.
Het is van belang regelmatig de potten te controleren, zowel de eerste dagen als de weken daarna.
Als een pot toch een los deksel heeft kan dat komen door:
1. Bemesting met kunstmest of met teveel onrijpe dierlijke mest.
2. Ongunstige invloeden tijdens de groei, te snel rijpen door hitte of veel regen of anderszins opjagen.
3. Te lang bewaard vóór het wecken.
4. Beschadiging van pot of deksel of te oude rubberring.
Als een deksel pas na een paar weken los zit is de inhoud ongeschikt voor consumtie.
1. Netheid is voor het slagen van de inmaak de allerbelangrijkste factor.
2. Inmaakglazen en deksels, ook nieuwe, moeten met een glazenborstel in warm sodawater of in een ander, gelijksoortig afwasmiddel worden afgewassen, daarna in schoon water nagespoeld en omgekeerd op een schone doek die niet pluist, gezet.
3. Men moet voorzichtig met de vingertoppen (met de nagel gaat beter) over de rand van de glazen en de deksels strijken om zich er van te overtuigen dat er geen scherfjes af zijn. Beschadigde glazen en deksels kunnen in geen geval voor het steriliseren gebruikt worden.
4. Inmaakringen moet men enkele minuten onder bijvoeging van soda of een gelijksoortig reinigingsmiddel uitkoken en tot het gebruik in fris water leggen.
5. Inmaakringen, die al vaker gebruikt zijn, moeten zorgvuldig nagekeken worden. Scheurtjes en breuken ontdekt men het best door de ring tussen beide duimen en wijsvingers te nemen en al rondgaande telkens iets uit te rekken. Als men de buitenrand van boven bekijkt, kan men ongelijke dikten constateren. Alleen met een gave en gelijkmatig gesneden gummiring wordt een doelmatige afsluiting van het inmaakglas gewaarborgd.
6. De glazen vullen met behulp van de practische vultrechter van doorzichtig plastic. die u ook kan maken door een plastic maatkannetje van de bodem te ontdoen.
7. Als u warm inmaakgoed in de glazen doet, zet ze dan op een natte doek.
8. Tot welke hoogte moet men de glazen vullen?
a. Rauw inmaakgoed tot onmiddelijk onder de rand.
b. Voorgekookt inmaakgoed tot 2 cm onder de glasrand.
c. Brijachtig inmaakgoed tot 4 cm onder de glasrand.
d. Alle vloeistoffen tot 2 cm onder de glasrand.
e. Nadat de glazen in de ketel zijn geplaatst op het draadrooster of met behulp van een stangenhouder giet men water in de ketel tot ongeveer 3/4 van de hoogte van de glazen. Als 2 lagen glazen op elkaar worden gezet of kleine glazen naast grotere gezet worden moet men het nivo van het water regelen naar het bovenste of het grootste glas. Het feit dat sommige glazen dan helemaal onder water staan geeft geen moeilijkheden omdat de beugels de glazen volkomen gesloten houden. Zie ook opmerkingen over potten met schroefdeksel.
f. De temperatuur van het water in de ketel moet bij het begin steeds gelijk zijn aan die in de glazen.
g. Onmiddellijk na afloop van de inmaaktijd neemt men de glazen uit de inmaakketel. Men mag de glazen nooit in water laten afkoelen, omdat daardoor de inmaaktijd nutteloos verlengd wordt. Om dezelfde redenen moet men de uit de ketel gehaalde glazen niet met een doek afdekken. Men moet echter de glazen niet in de tocht of op een koude onderlaag zetten.
h. De uit de ketel genomen glazen moeten om volledig af te koelen onder veerdruk in de glazenhouder of met de beugel afgesloten blijven.
i. De bewaarruimte moet zo mogelijk koel maar vorstvrij en buiten bereik van zonlicht zijn.
j. De eerste dagen na het wecken is het van groot belang te controleren of de glazen goed gesloten blijven.
Welke groenten?
Voor de inmaak gebruikt men alleen jonge, zachte groenten, die als zij uit eigen tuin gehaald worden, het best 's morgens vroeg geoogst en nog dezelfde dag verwerkt kunnen worden. Verbouwt men de groeten niet zelf, dan is het zeer belangrijk de groenten van een betrouwbare kwekerij te betrekken, want voor de inmaak bestemde groenten behoren noch met gier, nog met faecaliën bemest te zijn. Ook kunstmest is schadelijk, wanneer deze kort voor de oogst gebruikt wordt en de plant tot nieuwe groei aanzet.
Moeten de voor conservering bestemde groenten tot de volgende dag bewaard worden, dan legt men ze 's nachts uit elkaar gespreid op een koele plaats. Te warm bewaarde of op elkaar gelegde groenten gaan gemakkelijk tot gisting over, die na het inmaken in het glas voortgaat.
Troebele vloeistof, die men dadelijk na de inmaak ziet, behoeft geen aanleiding tot bezorgdheid te zijn, daar ze bestanddeel van de groenten kan zijn. Wordt de heldere vloeistof later troebel of vertoont zich witte aanslag op de bodem dan is dat meestal het teken van beginnend bederf. De inhoud van deze glazen mag in geen geval gebruikt worden.
Rauw of voorgekookt
Volgens het boekje van Weck kunnen groenten zowel rauw als voorgekookt geweckt worden. Het grootste verschil zit in de tijd, rauw 90-120 minuten, voorgekookt 60-90 minuten.
Bij voorkoken eerst het water aan de kook brengen, dan de groenten toevoegen en die na 5 minuten met een schuimspaan uit het kookwater scheppen en in de potten doen.
De potten aanvullen met schoon water. Het kookwater weggieten, daarin zit wellicht vuil en enzymen. Zelf verder uitproberen lijkt me zinvol.
Uit de culinaire encyclopedie
Steriliseren is een wijze van conserveren*. door de voedingsmiddelen in flessen gedurende een bepaalde tijd op 100 gr. C. te verhitten en vervolgens luchtdicht af te sluiten. In de huishouding wordt gesteriliseerd met behulp van een ketel of in de elektrische oven of in de snelkookpan (voor S. in de snelkookpan zie het speciale Kookboek voor de snelkookpan). De methode wordt toegepast op groenten, paddestoelen, vlees, vis en soms vruchtesap. Tijdens het S. worden bacteriën in de voedingsmiddelen gedood door de hoge temperatuur, terwijl de lucht in de flessen uitzet en voor een deel langs het nog niet vastgezogen deksel ontsnapt. Bij het einde van de steriliseertijd is de spanning binnen en buiten de fles even groot; bij bekoeling echter condenseert de waterdamp in de fles, waardoor de spanning in de fles weer kleiner wordt dan daarbuiten: de buitenlucht drukt derhalve de fles dicht. Gedurende het afkoelen zal de vloeistof door de drukverlaging in de fles nog eens bij een lagere temperatuur gaan koken (borrelen). Dit is een bewijs dat de spanning in de fles kleiner is geworden en niet van buitenaf kan worden aangevuld, dus m.a.w. dat de fles luchtdicht is gesloten. Werkwijze: keuze van het materiaal: inmaakglazen met deksels, die met een rand over of binnen de flesrand passen, gebruiken; liefst glazen en deksels met matgeslepen rand kiezen (voor een goede luchtdichte sluiting). Het materiaal nauwkeurig controleren op gaafheid: glazen en deksels waarvan stukjes afgesprongen zijn of die barstjes vertonen, niet gebruiken. Zorgen voor passende, gave caoutehoucringen, die bij uitrekken elastisch zijn en geen barstjes vertonen. In het algemeen voor vruchten en vlees wijde, lage glazen kiezen en voor groenten de nauwe, hoge soort gebruiken. In sommige gevallen kunnen de flessen desnoods vervangen worden door jampotten met bijbehorend plat binnendeksel en gummiring, of ook door gewone flessen, afgesloten met een kurk. Een steriliseerketel met glazen- of flessenhouder en bijbehorende thermometer gebruiken.
Schoonmaken.
Glazen en deksels gedurende enige tijd in heet sodawater laten liggen, met behulp van een speciale fiessenborstel schoonmaken, met warm water naspoelen en omgekeerd op een schone doek zetten. Nieuwe ringen 10 min. in sodawater uitkoken; oude ringen 5 min. in water uitkoken; in warm water naspoelen, op een schone, nietpluizende doek leggen en goed afdrogen. Voorbereiden van de te S. produkten: zie hiervoor onder de betrokken trefwoorden.
Vullen:
de glazen voor het vullen op een dubbelgevouwen doek of op een plankje plaatsen, om springen te voorkomen. Om dezelfde reden het toe te voegen warme water of de warme suikerstroop even door de gehele fles laten lopen. In het algemeen moet het vocht reiken tot boven de voedingsmiddelen. De flessen vullen tot ca. 2 cm onder de rand, een veiligheidsmaatregel om te voorkomen dat door uitzetting tijdens de verhitting iets van de inhoud tussen ring en deksel zou dringen, met het gevolg dat het deksel niet meer volkomen zou sluiten. De randen van glas en deksel met een schone, niet-pluizende doek goed droog maken; de droge ring op de rand leggen, zó, dat deze aan alle kanten even ver uitsteekt en het deksel erop plaatsen. Bij j ampotten het schroefdeksel losjes op de pot schroeven bij wijze van beugel. Bij gewone flessen een kurk er niet al te stevig op vastbinden. De glazen op de flessenhouder in de ketel zetten en met de veren vastklemmen door deze in de gleuven van de houder naar beneden te duwen, tot zij een lichte druk op het flessendeksel uitoefenen (bij een te grote druk kan de lucht niet uit de fles ontsnappen tijdens het S.). Of: de deksels niet te stevig vastklemmen met een losse beugel en de flessen in de ketel of in een hoge pan zetten (mocht een beugel te los zitten, dan een propje papier of een schijfje kurk tussen beugel en glas schuiven). Moeten veel glazen tegelijk in de ketel worden gelaatst, dan desnoods de glazen twee aan twee op elkaar stapelen en alleen de bovenste met beugel of klem vastklemmen. De houder met glazen of de losse flessen in de ketel plaatsen en er zoveel lauw water in gieten, dat het tot aan de rand van de flessen komt. Zijn de flessen ongelijk van grootte, dan zal een aantal geheel onder water staan. ]Dit hindert niet, evenmin als het over het glas heen borrelen van liet kokende water (uitgezonderd bij flessen met een schroefdeksel of met een kurk . Het water in de ketel aan de kook brengen (100 gr. C.) en kokend houden gedurende de voorgeschreven tijd. De steriliseertijd rekenen vanaf het ogenblik dat het water kookt: ".
groenten
Gedurende hun normale kooktijd plus 3/4 á 1 uur; d. vruchtesap* 20 Min. S. De flessen of houder met flessen direct na de volbrachte steriliseertijd uit de ketel nemen en op een tochtvrije plaats, bedekt met een doek (om springen te voorkomen), laten bekoelen. Op het moment dat de flessen uit de ketel genomen worden, zal de vloeistof in de fles, door de ontstane luchtverdunning, nog even koken, als bewijs dat de fles gesloten is. Wanneer direct na het uitnemen uit de ketel de inhoud niet nog even kookt, is de kans groot dat er van buiten lucht is binnengekomen door een fout, bijv. door het verschuiven van een ring, een barstje in het dekel enz. IIs deze fout vlug te herstellen en is de inhoud van de fles nog heet, dan kan worden volstaan met deze fles direct ca. 0,5 uur over te S. Bij het S. in de elektrische oven een rooster op de bodem van de koude oven schuiven of (uitsluitend bij open elementen) op de onderste richel. De flessen op het rooster plaatsen, zo, dat zij noch elkaar noch de wand van de oven raken. Tussen de flessen een bakje water zetten om uitdrogen van de ringen en een onaangename caoutehoucgeur te vermijden. BEWAREN: nadat de glazen volkomen bekoeld zijn, de beugels verwijderen; bij jampotten terstond (vóór het afkoelen) het schroefdeksel er verder op vastschroeven; bij gewone flessen terstond (vóór het afkoelen) de kurk er stevig op drukken en vastlakken (z Inmaken in een fles zonder te verhitten). Eventueel kalkaanslag op de buitenkant van de flessen verwijderen met water en azijn. De inmaak bewaren op éen luchtige, koele, drog en donkere plaats (licht veroorzaakt verkleuring van de flesseninhoud). Nu en dan controleren of de flessen nog gesloten zijn. Indien een deksel is losgegaan, de inhoud dadelijk gebruiken of opnieuw 10 á 15 min. S. (bij direct gebruik ook 10 á 15 min. laten doorkeken). Alle flessen voorzien van een etiket met datum. De oudste inmaak altijd het eerst gebruiken.
zaterdag 27 september 2008 om 09:45
Ik maak altijd zelf boerenjongens en boerenmeisjes (rozijnen/abrikozen op brandewijn) en die gebruik ik voor cakes en taarten. Verder leg ik groene en rode pepers in olie, dan zijn ze heel lang houdbaar. En ik maak wel eens jam, als ik goedkoop fruit scoor wat tegen bederven aan zit. Want de lekkerst jam maak je van fruit wat bijna overrijp is.....
oh that purrrrrrrrrfect feeling
zaterdag 27 september 2008 om 11:32
zaterdag 27 september 2008 om 17:31
@ bio madam Jaenette is heel goed in te vriezen! (over het wecken van pepers weet ik niet zoveel.)
weckpotten zijn in diverse groottes te verkrijgen bij o.a. blokker, action, marskramer en online te bestellen.
of er echt verschil in kwaliteit is weet ik niet. plastic "weckpotten" zijn leuk om je rijst suiker of iets anders in te bewaren maar ik zou dat niet echt voor wecken gebruiken.
wel heel belangrijk is dat de weckpot heel is onbeschadigd en dat de rubber ring goed is en geen scheurtjes heeft.
weckpotten zijn in diverse groottes te verkrijgen bij o.a. blokker, action, marskramer en online te bestellen.
of er echt verschil in kwaliteit is weet ik niet. plastic "weckpotten" zijn leuk om je rijst suiker of iets anders in te bewaren maar ik zou dat niet echt voor wecken gebruiken.
wel heel belangrijk is dat de weckpot heel is onbeschadigd en dat de rubber ring goed is en geen scheurtjes heeft.
