
Honger en droogte in Hoorn van Afrika - giro 555
maandag 18 juli 2011 om 11:46
Ik las zojuist een artikeltje op nu.nl over de situatie in de Hoorn van Afrika.
Het verbaast me dat ik er zo weinig van in de media heb gehoord. Hier en daar een stukje in het journaal, maar verder lijkt er weinig aandacht voor te zijn. Ik heb geen tvspotjes gezien of radioreclames gehoord... Voor wie er niet naar op zoek gaat, is er weinig aandacht voor. Tenminste, dat idee heb ik.
En nu lees ik wel dat staatssecretaris Knapen vindt dat er te weinig geld op giro 555 wordt opgehaald. En ja, natuurlijk is er de gebruikelijke ontwikkelingshulp en nogmaals 15 miljoen extra steun.
Maar ik word toch wat kriebelig. Ik geef vrij veel aan goede doelen en ga ongetwijfeld nog wel wat overmaken aan dit doel.
Maar hoe komt Knapen erbij om de Nederlandse samenleving zo op te roepen? Hoe komt hij erbij te klagen dat we te weinig geven, als de overheid alleen maar op dat soort dingen loopt te korten? Ik denk dat veel mensen dan ook denken: je krijgt iedere maand bijna de helft van mn salaris (belasting)... geef dan wat meer ofzo!
Hoe zien jullie dit?
Het verbaast me dat ik er zo weinig van in de media heb gehoord. Hier en daar een stukje in het journaal, maar verder lijkt er weinig aandacht voor te zijn. Ik heb geen tvspotjes gezien of radioreclames gehoord... Voor wie er niet naar op zoek gaat, is er weinig aandacht voor. Tenminste, dat idee heb ik.
En nu lees ik wel dat staatssecretaris Knapen vindt dat er te weinig geld op giro 555 wordt opgehaald. En ja, natuurlijk is er de gebruikelijke ontwikkelingshulp en nogmaals 15 miljoen extra steun.
Maar ik word toch wat kriebelig. Ik geef vrij veel aan goede doelen en ga ongetwijfeld nog wel wat overmaken aan dit doel.
Maar hoe komt Knapen erbij om de Nederlandse samenleving zo op te roepen? Hoe komt hij erbij te klagen dat we te weinig geven, als de overheid alleen maar op dat soort dingen loopt te korten? Ik denk dat veel mensen dan ook denken: je krijgt iedere maand bijna de helft van mn salaris (belasting)... geef dan wat meer ofzo!
Hoe zien jullie dit?
vrijdag 22 juli 2011 om 11:04
Wow ik ben even 2 dagen weggeweest ( internet lag eraf hier en bij de hele straat trouwens ) en blijft een fijne discussie zie ik.
Verplicht steriliseren gaat mij ook veel te ver, vind dat maar een bizar verhaal.
Dat dit een verschrikkelijk verhaal is lijkt me duidelijk, dat niemand hier het oke vind dat er zoveel mensen sterven is voor mij ook duidelijk. Zag het gisteren op Nu.nl en natuurlijk moet je even slikken van die foto's en natuurlijk breekt zoiets je hart.
Denk dat iedereen dat vind hier.
Verplicht steriliseren gaat mij ook veel te ver, vind dat maar een bizar verhaal.
Dat dit een verschrikkelijk verhaal is lijkt me duidelijk, dat niemand hier het oke vind dat er zoveel mensen sterven is voor mij ook duidelijk. Zag het gisteren op Nu.nl en natuurlijk moet je even slikken van die foto's en natuurlijk breekt zoiets je hart.
Denk dat iedereen dat vind hier.
vrijdag 22 juli 2011 om 11:11
quote:Donkeyshot schreef op 21 juli 2011 @ 23:45:
Een groot deel van het rampgebied wordt gecontroleerd door Al Shahaab (een terroristische moslim organisatie volgens Wikipedia).
Die zullen beslist niet staan te juichen als die vermaledijde Westerlingen liefdadigheid komen bedrijven. Als ze al hulp toelaten zal het onder hun voorwaarden moeten gebeuren. En ze zullen uiteraard een fors deel van de buit zelf inpikken en er mooi weer van spelen.Daar zijn de Moslims weer...........
Een groot deel van het rampgebied wordt gecontroleerd door Al Shahaab (een terroristische moslim organisatie volgens Wikipedia).
Die zullen beslist niet staan te juichen als die vermaledijde Westerlingen liefdadigheid komen bedrijven. Als ze al hulp toelaten zal het onder hun voorwaarden moeten gebeuren. En ze zullen uiteraard een fors deel van de buit zelf inpikken en er mooi weer van spelen.Daar zijn de Moslims weer...........
vrijdag 22 juli 2011 om 11:24
quote:jaap schreef op 22 juli 2011 @ 11:11:
[...]
Daar zijn de Moslims weer...........
Ja sorry hoor, maar die vind je echt in dat gebied. En ze hebben het in een heel groot deel van het rampgebied voor het zeggen. En ze staan zéér wantrouwig tegenover Westerse initiatieven.
Wat wil jij ? Net doen of ze niet bestaan ?
Vingers in je oren en heel hard "lala lalala" roepen ?
[...]
Daar zijn de Moslims weer...........
Ja sorry hoor, maar die vind je echt in dat gebied. En ze hebben het in een heel groot deel van het rampgebied voor het zeggen. En ze staan zéér wantrouwig tegenover Westerse initiatieven.
Wat wil jij ? Net doen of ze niet bestaan ?
Vingers in je oren en heel hard "lala lalala" roepen ?
Polygamie = intensieve vrouwhouderij
vrijdag 22 juli 2011 om 12:10
quote:jaap schreef op 22 juli 2011 @ 12:02:
[...]
Einde discussie. Het wordt weer persoonlijk.
Helemaal geen einde discussie. (Heel) misschien einde van jouw bijdrage aan de discussie, maar dat is beslist niet hetzelfde.
Fyi:
Volgens Linda Polman (schrijfster van "de crisiskaravaan")
is jarenlang ca. de helft van het WFP (World Food Program) budget voor Somalië (ca. 200 miljoen dollar per jaar) verdwenen in de oorlogskas van Al-Shahaab en andere strijdgroepen (protectiegeld, "belasting" en vooral het inpikken en doorverkopen van voedselvoorraden).
(ze baseert zich hierbij op de conclusies van de UN Monitoring Group on Somalia, maart 2010)
Al-Shabaab is een terroristische moslim organisatie. Ze plegen zelfmoordaanslagen en ze haten "Het Westen" als de pest.
Ze hebben een zekere steun van de lokale bevolking weten te verwerven door voedsel uit te delen. Dat verschaft hen een machtsbasis.
No way dat die club gaat toestaan dat Westerse organisaties zomaar hulp en voedsel gaan aanbieden in door hen gecontroleerde gebieden. Dat voedsel zal eerst "omgekat" moeten worden zodat het lijkt of het door moslim organisaties is aangeboden. Ook zullen ze flinke voorraden zelf confisqeren voor eigen gebruik of om door te verkopen. En ze vragen protectiegeld, net als de mafia. En af en toe ontvoeren ze een hulpverlener zodat iedereen weer weet waar ie aan toe is.
Dus als jij denkt dat je daar hulp kan bieden en net te doen of er geen Moslims en/of geen Moslim organisaties zijn ga je interessante en leerzame tijden tegemoet.
(en als ik me, zoals eerder in dit topic gemeld, meermalen heb aangeboden als vrijwillliger bij Dorcas voedseltransporten naar Roemenië, waarom is het dan zo ondenkbaar dat jij het meent als je zegt dat je "voedsel wilt brengen" ? Waarom ben ik dan degene die het weer persoonlijk maakt ? Ik zal je nog eens serieus nemen ... )
[...]
Einde discussie. Het wordt weer persoonlijk.
Helemaal geen einde discussie. (Heel) misschien einde van jouw bijdrage aan de discussie, maar dat is beslist niet hetzelfde.
Fyi:
Volgens Linda Polman (schrijfster van "de crisiskaravaan")
is jarenlang ca. de helft van het WFP (World Food Program) budget voor Somalië (ca. 200 miljoen dollar per jaar) verdwenen in de oorlogskas van Al-Shahaab en andere strijdgroepen (protectiegeld, "belasting" en vooral het inpikken en doorverkopen van voedselvoorraden).
(ze baseert zich hierbij op de conclusies van de UN Monitoring Group on Somalia, maart 2010)
Al-Shabaab is een terroristische moslim organisatie. Ze plegen zelfmoordaanslagen en ze haten "Het Westen" als de pest.
Ze hebben een zekere steun van de lokale bevolking weten te verwerven door voedsel uit te delen. Dat verschaft hen een machtsbasis.
No way dat die club gaat toestaan dat Westerse organisaties zomaar hulp en voedsel gaan aanbieden in door hen gecontroleerde gebieden. Dat voedsel zal eerst "omgekat" moeten worden zodat het lijkt of het door moslim organisaties is aangeboden. Ook zullen ze flinke voorraden zelf confisqeren voor eigen gebruik of om door te verkopen. En ze vragen protectiegeld, net als de mafia. En af en toe ontvoeren ze een hulpverlener zodat iedereen weer weet waar ie aan toe is.
Dus als jij denkt dat je daar hulp kan bieden en net te doen of er geen Moslims en/of geen Moslim organisaties zijn ga je interessante en leerzame tijden tegemoet.
(en als ik me, zoals eerder in dit topic gemeld, meermalen heb aangeboden als vrijwillliger bij Dorcas voedseltransporten naar Roemenië, waarom is het dan zo ondenkbaar dat jij het meent als je zegt dat je "voedsel wilt brengen" ? Waarom ben ik dan degene die het weer persoonlijk maakt ? Ik zal je nog eens serieus nemen ... )
Polygamie = intensieve vrouwhouderij

vrijdag 22 juli 2011 om 12:28
Els de Temmerman heeft er ook over geschreven. http://nl.wikipedia.org/wiki/Els_De_Temmerman
Zeer indringende verhalen.
Ik lees hier wat opmerkingen over de bijdrages ontwikkelingshulp vanuit de Arabische landen. Ik wil daarbij een kanttekening maken. Vanuit de Islam is elke moslim verplicht zakat te betalen, een deel van hun inkomen wordt afgestaan voor de armere medemens. Tegelijkertijd zijn de islamitische landen de landen waar het meeste sociale ongelijkheid heerst. Los van de maatschappelijke misstanden die er veelvuldig voorkomen, is de rijke er té rijk en de arme té arm. Ondanks die zakat en die religieuze plicht(en)...Godsdienst is geen garantie voor sociale rechtvaardigheid, eerder het tegendeel. In het verleden was er in de Westerse wereld een grotere rol voor de godsdienst, maar was de sociale ongelijkheid óók groter. Religieuze instellingen beheren nog altijd grote kapitalen, ondanks honger en armoede. Nog steeds is hulpverlening niet belangeloos.
Het feit dat Al Shabaab alle hulp tegenhoudt, confisqeert of hulpverleners ontvoert, heeft niks met de godsdienst te maken. Het is een terroristische organisatie die claimen hun daden uit religieus oogpunt te doen.
Zeer indringende verhalen.
Ik lees hier wat opmerkingen over de bijdrages ontwikkelingshulp vanuit de Arabische landen. Ik wil daarbij een kanttekening maken. Vanuit de Islam is elke moslim verplicht zakat te betalen, een deel van hun inkomen wordt afgestaan voor de armere medemens. Tegelijkertijd zijn de islamitische landen de landen waar het meeste sociale ongelijkheid heerst. Los van de maatschappelijke misstanden die er veelvuldig voorkomen, is de rijke er té rijk en de arme té arm. Ondanks die zakat en die religieuze plicht(en)...Godsdienst is geen garantie voor sociale rechtvaardigheid, eerder het tegendeel. In het verleden was er in de Westerse wereld een grotere rol voor de godsdienst, maar was de sociale ongelijkheid óók groter. Religieuze instellingen beheren nog altijd grote kapitalen, ondanks honger en armoede. Nog steeds is hulpverlening niet belangeloos.
Het feit dat Al Shabaab alle hulp tegenhoudt, confisqeert of hulpverleners ontvoert, heeft niks met de godsdienst te maken. Het is een terroristische organisatie die claimen hun daden uit religieus oogpunt te doen.
vrijdag 22 juli 2011 om 12:31
quote:elninjoo schreef op 21 juli 2011 @ 19:04:
De vakantiebonus voor de directie van 555 is dus ook weer ruimschoots binnen.quote:Chantalo1984 schreef op 21 juli 2011 @ 19:12:
[...]
Denk eens terug aan het opgehaalde geld voor Haiti ... Het zal nu weer precies zo gaan..Zoals ik hierboven al schreef klopt dat echt niet. Niet al het geld is uitgegeven omdat er naast noodhulp (tenten, voedsel, water) geld bestemd is voor de reconstructie. Het herbouwen van een stad als Port au Prince doe je niet in een jaartje, zeker niet als er onduidelijkheid bestaat over eigendomsrechten op de grond waarop gebouwd moet worden... Dat geld is er dus gewoon nog en is echt niet opgegaan aan bonussen van directeuren.
De vakantiebonus voor de directie van 555 is dus ook weer ruimschoots binnen.quote:Chantalo1984 schreef op 21 juli 2011 @ 19:12:
[...]
Denk eens terug aan het opgehaalde geld voor Haiti ... Het zal nu weer precies zo gaan..Zoals ik hierboven al schreef klopt dat echt niet. Niet al het geld is uitgegeven omdat er naast noodhulp (tenten, voedsel, water) geld bestemd is voor de reconstructie. Het herbouwen van een stad als Port au Prince doe je niet in een jaartje, zeker niet als er onduidelijkheid bestaat over eigendomsrechten op de grond waarop gebouwd moet worden... Dat geld is er dus gewoon nog en is echt niet opgegaan aan bonussen van directeuren.
vrijdag 22 juli 2011 om 12:37
quote:steph schreef op 22 juli 2011 @ 09:34:
[...]
Klopt wel hoor. Die landen geven niet of zelden. Er word al snel naar Europa gekeken, daarna Amerika.
Sorry, maar dat is dus ook niet waar. Landen als Qatar, Kuwait, Saudi Arabia, en United Arab Emirates, geven in toenemende mate ontwikkelingshulp, soms aan regeringen en vaak ook aan NGOs (en interessant genog ook vaak aan westerse NGOs die geen religieus mandaat hebben).
Zie deze link: http://www.devex.com/en/a ... ?source=MostPopularNews_3
Edit: was te snel met reageren, zie dat FV en anderen dit ook al gezegd hadden.
[...]
Klopt wel hoor. Die landen geven niet of zelden. Er word al snel naar Europa gekeken, daarna Amerika.
Sorry, maar dat is dus ook niet waar. Landen als Qatar, Kuwait, Saudi Arabia, en United Arab Emirates, geven in toenemende mate ontwikkelingshulp, soms aan regeringen en vaak ook aan NGOs (en interessant genog ook vaak aan westerse NGOs die geen religieus mandaat hebben).
Zie deze link: http://www.devex.com/en/a ... ?source=MostPopularNews_3
Edit: was te snel met reageren, zie dat FV en anderen dit ook al gezegd hadden.

vrijdag 22 juli 2011 om 12:45
quote:Chantalo1984 schreef op 22 juli 2011 @ 11:46:
Elninjo, je praat over IQ ed maar volgens mij is je eigen IQ ook niet echt hoog, anders had je wel wat betere posts geplaatst ..
Als je goed gelezen had begon iemand anders over IQ, ik ging daar alleen op in, dat ik het niks met IQ te maken vind hebben dat Afrikanen geen gegeven condooms willen gebruiken.
Met mijn iq is overigens niks mis, bij 'n officieel testinstituut behaalde ik 144, dus niets om mij over te hoeven schamen.
Elninjo, je praat over IQ ed maar volgens mij is je eigen IQ ook niet echt hoog, anders had je wel wat betere posts geplaatst ..
Als je goed gelezen had begon iemand anders over IQ, ik ging daar alleen op in, dat ik het niks met IQ te maken vind hebben dat Afrikanen geen gegeven condooms willen gebruiken.
Met mijn iq is overigens niks mis, bij 'n officieel testinstituut behaalde ik 144, dus niets om mij over te hoeven schamen.

vrijdag 22 juli 2011 om 14:16
Om te beginnen; Elninjoo: Hoe kan een IQ iets zijn om je voor te schamen? Een IQ van 144 is hoog, maar het is iets wat je gegeven is, en waarvoor je zelf geen enkele inspanning hebt hoeven te doen. Geen enkele reden om je beter of slechter dan iemand met een laag IQ te voelen.
OntwikkelingssamenwerkingUit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Ontwikkelingssamenwerking is bedoeld om Derde wereld-, of ontwikkelingslanden en hun burgers en instellingen te helpen zich verder te ontwikkelen en zo een hogere levensstandaard te bereiken.
Ontwikkelingssamenwerking is actief op terreinen zoals onderwijs, gezondheidszorg, economische ontwikkeling, landbouw en infrastructuur. Naast concrete thema's richt ontwikkelingshulp zich ook op zaken als het versterken van capaciteit en het vergroten van participatie van achtergestelde groepen.
De termen ‘ontwikkelingshulp’ en ‘ontwikkelingssamenwerking’ worden in praktijk door elkaar gebruikt. Van oudsher spreekt men van ontwikkelingshulp, maar in de jaren zeventig van de 20e eeuw werd de term ontwikkelingssamenwerking geïntroduceerd. Daarmee drukken donoren uit dat zij ontvangende landen en organisaties als gelijkwaardige partners beschouwen.
Inhoud [verbergen]
1 De route van ontwikkelingshulp
1.1 Bilaterale ontwikkelingshulp
1.2 Multilaterale ontwikkelingshulp
1.3 Ontwikkelingshulp via niet-gouvernementele organisaties
1.4 Particuliere initiatieven / Vierde pijler-initiatieven
2 Financiering
3 Noodhulp
4 Visies
4.1 Moderniseringstheorie
4.2 Afhankelijkheidsschool
4.3 Neoliberale school
4.3.1 Grijs gebied
4.4 Antropologen
4.4.1 Sociologische verschillen tussen noord en zuid
5 Geschiedenis
6 Kwaliteit van ontwikkelingshulp
6.1 Verklaring van Parijs
6.2 Accra Agenda
6.3 Capaciteitsopbouw
7 Resultaten
7.1 Economische ontwikkeling
7.2 Bevorderen van welzijn
8 Nederlandse ontwikkelingshulp
9 Belgische ontwikkelingshulp
10 Discussie
11 Externe links
12 Bibliografie
13 Referenties
De route van ontwikkelingshulp
Ontwikkelingshulp wordt via meerdere routes verstrekt: via overheden, multilaterale instellingen en non-gouvernementele organisaties. In Nederland spreekt men van drie 'kanalen', in België van drie 'pijlers' in ontwikkelingssamenwerking. Naast deze traditionele kanalen of pijlers is een vierde route voor ontwikkelingshulp in opkomst: ontwikkelingshulp via particulieren, bedrijven, kerken, vakbonden, scholen, et cetera. In Nederland spreekt men van particuliere initiatieven in de ontwikkelingshulp, in België van Vierde Pijler-initiatieven.
Bilaterale ontwikkelingshulp
Bilaterale hulp is hulp tussen de regering van het ontwikkelingsland en de regering van het donorland, bijvoorbeeld van Nederland aan Tanzania. Wereldwijd is de bilaterale hulp van 2003 tot 2008 gegroeid van 80 tot 135 miljard dollar.[1]
Multilaterale ontwikkelingshulp
Multilaterale hulp wordt verstrekt via multilaterale instellingen, zoals de Wereldbank, de Verenigde Naties en de Europese Unie. Multilaterale instellingen ontvangen contributies van overheden. Zij voeren daar op hun beurt ontwikkelingsprogramma’s mee uit. In 2008 werd er 13,4 miljard dollar verstrekt via multilaterale instellingen.[1]
Ontwikkelingshulp via niet-gouvernementele organisaties
Niet-gouvernementele organisaties (NGO's) zijn particuliere, onafhankelijke hulporganisaties. Hun inkomsten bestaan uit donaties van particulieren, bedrijven en maatschappelijke organisaties. Soms ontvangen zij subsidie van de overheid. De grootste NGO's wereldwijd zijn World Vision, Save the Children International en Care USA. De noordelijke NGO's rapporteerden in 2007 een gezamenlijke omzet van meer dan 20 miljard dollar.[2]
Particuliere initiatieven / Vierde pijler-initiatieven
Naast NGO's zijn ook burgers, sociale organisaties, stichtingen, scholen, ziekenhuizen, sportclubs, vriendengroepen en bedrijven actief. In Nederland worden dit particuliere initiatieven genoemd, in België spreekt men van de vierde pijler van de ontwikkelingssamenwerking. De particuliere hulp wordt ook wel 'doe het zelf ontwikkelingshulp' genoemd. Belangrijk is dat het hier gaat om 'niet-domeinspecifieke organisaties'. Ze zijn met ontwikkelingssamenwerking bezig, maar zijn er niet voor opgericht en niet in gespecialiseerd, in tegenstelling tot de drie andere kanalen of pijlers.
In opkomst is verder de ontwikkelingssamenwerking die plaatsvindt binnen beroepsgroepen, zoals bij de boeren van Noord en Zuid. In de laatste jaren hebben zij een geheel eigen vorm gegeven aan hun internationale samenwerking 'van boer tot boer'. AgriCord, dat gevestigd is in Leuven, verenigt agri-agencies die elk in hun eigen land namens de georganiseerde landbouw de collega's in ontwikkelingslanden steunen in de opbouw van sterke belangenbehartigende organisaties en bedrijvigheid op coöperatieve grondslag.
Financiering
Het grootste deel van het budget voor ontwikkelingssamenwerking komt van overheden van rijke landen. In 2008 gaven deze overheden samen 120 miljard dollar aan officiële ontwikkelingshulp. De Verenigde Staten waren in 2008 in absolute zin de grootste donor, met een hulpbudget van 26 miljard dollar. Nederland bezette de zesde plaats met bijna 7 miljard dollar. België gaf 2,4 miljard dollar.[3]
Relatief gezien zijn Noorwegen, Zweden, Denemarken, Nederland en Luxemburg de grootste donoren: zij besteden minimaal 0,7% van hun budget aan ontwikkelingssamenwerking. Daarmee voldoen zij aan een internationale norm, die leden van de OESO in 1970 met elkaar afspraken.
Naast overheidshulp komt een belangrijk deel van ontwikkelingshulp van uit particuliere kanalen, zoals ontwikkelingsorganisaties, bedrijven en burgers. Nederlandse ontwikkelingsorganisaties hebben een gezamenlijk budget van 1,3 miljard euro.[4]
Noodhulp
Ontwikkelingssamenwerking onderscheidt zich van noodhulp door een structurele aanpak van de oorzaak van problemen op lange termijn. Noodhulp (of humanitaire hulp) biedt een oplossing voor tijdelijke problemen veroorzaakt door natuurrampen of gewapende conflicten.
Een voorbeeld ter verduidelijking:
noodhulp: in een regio waar hongersnood heerst als gevolg van een overstroming worden voedselpakketten verdeeld.
ontwikkelingssamenwerking: in een regio waar veel honger voorkomt leert een hulpverlener aan lokale boeren duurzame landbouwtechnieken zoals irrigatie en vruchtwisseling. Zo kan de bevolking zelf voor voldoende en gezond voedsel zorgen.
Visies
Over ontwikkelingssamenwerking bestaan veel uiteenlopende overtuigingen. Deze kunnen grofweg ondergebracht worden in drie grote groepen. Hoewel deze theorieën elk een dominante periode kenden hoeven ze niet als contrair aan elkaar te worden beschouwd. Door middel van begrip van de drie groepen kunnen supplementaire wijzen van ontwikkelingswerk worden ontwikkeld.
Moderniseringstheorie
De aanhangers van de moderniseringstheorie stellen dat onderontwikkeling een gevolg is van interne factoren zoals slecht bestuur, traditionele productie en cultuur. Ontwikkeling volgt uit de ontmanteling van deze traditionele structuren en het volgen van het Europese model. Enerzijds vindt het zijn oorsprong in de evolutietheorie en het werk van Max Weber en Emile Durkheim. Deze auteurs zochten naar verklaringen voor de verschuiving van traditionele naar moderne economie en vonden deze in de verandering van sociale en culturele instituties.
Anderzijds ligt deze theorie haar oorsprong in de diffusietheorie. Gunnar Myrdal argumenteerde dat door groeiimpulsen van kapitaal, technologie en instituties de moderniteit zich verspreidt van geurbaniseerd gebied naar ruraal gebied, dit noemt hij de spread effects. Veel van dit denken is ook terug te vinden in het unilineaire ontwikkelingsmodel van Rostow. Deze theorie was heersend in de jaren '50 en '60 en kreeg als voornaamste kritiek eurocentrisch te zijn en traditionele economieën te denigreren.
Afhankelijkheidsschool
Volgens de aanhangers van de afhankelijkheidsschool ligt de oorzaak van de onderontwikkeling van de Derde Wereld bij de ongelijke (economische) machtsverhoudingen tussen Noord en Zuid. De meeste anders-globalisten horen bij deze groep.
Deze school vindt haar oorsprong in auteurs zoals Karl Marx en Friedrich Engels. De klassestructuur die deze auteurs beschreven wordt geprojecteerd op het internationaal systeem. Binnen deze visie wordt het Zuiden uitgebuit door het kapitalistische Noorden. Ook het Latijns-Amerikaans Structuralisme had een grote invloed op deze school. Het was Paul Prebisch, hoofd van CEPAL die stelde dat de internationale economische orde verdeel was tussen een industriële kern en een agrarische periferie waarbij de kern de periferie domineert en depriveert.
De afhankelijkheidsschool stelt dat de vrije markteconomie de financiële winsten probeert te maximaliseren zonder oog voor de sociale en ecologische gevolgen. Door de globalisering zouden bedrijven aan maatschappelijke controle, arbeidswetten en milieunormen ontsnappen, omdat er geen internationale politieke instellingen zouden zijn die voldoende invloed op multinationale ondernemingen kunnen uitoefenen.
De aanhangers van de afhankelijkheidsschool ijveren voor
eerlijke handel die arbeiders en landbouwers uit het Zuiden een eerlijke prijs en goede arbeidsomstandigheden garandeert.
Kwijtschelding van de financiële schulden van de armste landen.
Correcties op de vrije markt, zoals de Tobintaks, verlaging van de invoerrechten en afschaffing van de landbouwsubsidies in het Noorden.
Duurzame ontwikkeling
Ze protesteerden in de jaren 80 en 90 tegen de Structurele Aanpassings Programma's (SAP) van de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds (IMF) die lokale regeringen aanzetten tot bezuinigingen op basisvoorzieningen zoals gezondheidszorg en onderwijs.
Neoliberale school
De aanhangers van de neoliberale school gaan ervan uit dat de problemen in de ontwikkelingslanden zelf ontstaan. De onderontwikkeling is volgens hen een gevolg van corruptie, (religieuze) onderdrukking, snelle demografische groei, andere mentaliteiten, natuurrampen en etnische conflicten.
Volgens aanhangers van de liberale school leiden globalisering en een vrije markt met zo weinig mogelijk beperkingen tot economische groei, die op termijn ook de armen ten goede komt. Ongelijkheid is voor hen geen probleem: Als armen ook welvarender worden, dan maakt het niet uit hoe rijk de rijksten zijn.
Ze gaan ervan uit dat ontwikkelingssamenwerking zich moet beperken tot acties die het economisch systeem zo weinig mogelijk hinderen. Noodhulp kan, maar als de crisis voorbij is heeft het geen zin of is het onmogelijk om de onderliggende problemen aan te pakken.
Er is slechts een beperkte rol voor de staat weg gelegd. Het moet zich bezig houden met het voorzien van publieke goederen en voor de rest de markt haar werk laten doen. Het was de schuldencrisis van de jaren '80 die de opmars van het neoliberalisme inluidde.
Het neoliberalisme vindt haar oorsprong in auteurs Friedrich von Hayek en Milton Friedman, de zogenaamde Chicago Boys.
Grijs gebiedHet dient opgemerkt te worden dat er geen scherpe afbakening is tussen de afhankelijkheidsschool en de liberale school, er bestaat een grijs gebied tussen die twee. In dat grijze gebied bevinden zich degenen die van mening zijn dat de vrije markt het enige effectieve middel is om economische ontwikkeling te bewerkstelligen, maar dat een onafhankelijke instantie die de regels handhaaft en die eerlijke concurrentie bevordert daarbij essentieel is om de vrije markt goed te laten functioneren.
Antropologen
Sommige antropologen zoeken de oorzaken van onderontwikkeling in de kolonisatieperiode: Door de paternalistische houding van de blanken zijn Afrikanen hun weerbaarheid, eigenwaarde en geloof in hun eigen mogelijkheden en creativiteit verloren. Onderontwikkeling betekent voor hen dat mensen geen vrije keuzes meer kunnen maken; afhankelijkheid is het gevolg.
Hier kan tegenin gebracht worden dat er nauwelijks een verband lijkt te bestaan tussen het ontwikkelingsniveau van een Afrikaans land en de mate waarin het blootgesteld is geweest aan Europese invloeden. Ethiopië is nooit gekoloniseerd geweest en heeft een zwakke economie terwijl Zuid-Afrika, een land waar de Europese invloed zeer groot is geweest, redelijk welvarend is. Waarbij aangetekend moet worden dat Zuid-Afrika vanwege de hoge en al eeuwen aanhoudende Europese migratie, opgeteld bij de Apartheid historie, Zuid-Afrika een apart geval is. Kijkt men bijvoorbeeld naar de economische weerbaarheid van mensen die onder apartheid in thuislanden woonden en wiens ontwikkeling en trots zeker gefrustreerd is geraakt door Kolonisatie / Apartheid, dan wint de "antropologische" visie aan kracht.
Sociologische verschillen tussen noord en zuid
Begrippen als tijd, geld, vrijheid, arbeid, leven, gezondheid, gender, leeftijd en familie hebben dikwijls een andere betekenis voor mensen uit het Zuiden. Harmonie met de natuur, sociale relaties en respect voor de voorouders zijn in het Zuiden belangrijk bij het zoeken naar oplossingen voor concrete problemen; in tegenstelling tot het Noorden waar rationaliteit en het individu centraal staan bij ontwikkeling. Antropologen vinden dat ontwikkelingssamenwerking opnieuw doordacht moet worden vanuit de cultuur en de eigen opvattingen van mensen uit het Zuiden.
Tegenstanders van deze visie zijn van mening dat de aanname dat noorderlingen beter in staat zouden zijn om rationele beslissingen te nemen dan zuiderlingen denigrerend en racistisch is.
Geschiedenis
Het eerste omvangrijke ontwikkelingsplan van de Verenigde Staten is het Marshallplan uit 1947, gericht op de economische wederopbouw van Europa na de Tweede Wereldoorlog. Twee jaar later legt de Amerikaanse president, Harry Truman, in zijn inaugurele rede de grondslag voor de moderne ontwikkelingshulp. In 1949 vraagt hij aandacht voor het feit dat de helft de wereldbevolking in miserabele omstandigheden leeft.[5] Truman maakt 2,75 procent van het Amerikaanse nationale inkomen vrij voor ontwikkelingshulp.
Ontwikkelingshulp moet de levensomstandigheden van de armsten op de wereld verminderen. Toch is en was armoedevermindering niet het enige doel van hulp. Naast humanitaire motieven spelen economische belangen van donorlanden en politieke belangen in ontvangende landen een sterke rol.
In de jaren 50, 60 en 70 van de 20e eeuw was hulp onlosmakelijk verbonden met de Koude Oorlog en het verstevigen van banden met voormalige koloniën. Westerse ontwikkelingshulp had tot doel de veiligheid van het Westen tegen het communisme te vergroten. Ontwikkelingshulp had ook een sterk economisch motief. Zo verscheepte de VS zijn landbouwoverschotten via het Food for Peace Program in de vorm van ontwikkelingshulp naar de derde wereld.
Na de val van de muur in 1989 raakt de politieke motivatie op de achtergrond. De overheidsbudgetten voor ontwikkelingshulp dalen. In Amerika daalt het hulpbudget tijdens de regering-Clinton (1993-2001) tot 0,1 procent van het nationaal inkomen, terwijl die in 1949 nog 2,75 procent bedroeg. Tegelijkertijd krijgt de hulp een wat minder politieke kleur: hulp richt zich in toenemende mate op armoedebestrijding. Deze verschuiving vindt zijn weerslag in de Millennium Ontwikkelingsdoelen, waarin regeringsleiders afspraken maken om voor 2015 de wereldwijde armoede sterk terug te dringen.
Sinds de aanslagen op 11 september 2001 zijn veiligheid en het verspreiden van democratie opnieuw centrale doelstellingen van ontwikkelingshulp. Dit is onder meer zichtbaar aan de groeiende hulpbudgetten voor Afghanistan en Irak, na de Amerikaanse invasie in deze landen.
Kwaliteit van ontwikkelingshulp Verklaring van Parijs
De kwaliteit en effectiviteit van ontwikkelingssamenwerking is een voortdurend onderwerp van discussie. Binnen de internationale donorgemeenschap is over een aantal uitgangspunten consensus bereikt. Deze zijn in 2005 vastgelegd in de Verklaring van Parijs. De kern van ‘Parijs’ is dat ontwikkelingslanden meer zeggenschap krijgen over de hulp, en dat donoren en ontvangers samenwerken op basis van vertrouwen. De Verklaring van Parijs rust op vijf principes:[6]
ontwikkelingslanden leiden hun eigen ontwikkeling samen met een daarin gespecialiseerde instelling (bijv. unicef) (eigenaarschap),
donoren gebruiken vooral lokale systemen en stellen partners in staat om hun processen conform hun eigen planning uit te voeren (afstemming),
donoren werken goed samen en stemmen hun onderlinge procedures en eisen maximaal af (harmonisatie),
zowel donoren als partner stellen het behalen van resultaten centraal in hun planning (resultaatgericht management)
donoren en partners leggen aan elkaar verantwoording af (wederzijdse verantwoordelijkheid)
De doelen moeten in 2010 zijn behaald. Een tussentijdse evaluatie in 2008 stelt dat er vooruitgang is geboekt, maar nog onvoldoende om de doelen te halen. In vergelijking met andere donoren doet Nederland het goed.[7]
Accra Agenda
De Verklaring van Parijs kreeg in 2008 een vervolg in de Accra Agenda for Action (AAA). In de AAA staan voorspelbaarheid van ontwikkelingshulp, conditionaliteit en het ontbinden van hulp centraal.
Donoren maken ontwikkelingshulp voorspelbaar. Dat betekent dat zij op tijd laten weten op hoeveel hulp een ontwikkelingsland kan rekenen, en dat zij deze hulp op tijd leveren. Bovendien zal het verstrekken van hulp gebeuren aan de hand van de planning het partnerland,in plaats van die van het donorland.[8]
Donoren stellen niet hun eigen voorwaarden, maar verbinden condities aan de ontwikkelingsdoelen die het ontwikkelingsland zelf heeft vastgesteld.
Donoren zullen ontwikkelingshulp zoveel mogelijk ontbinden. Dat betekent dat ontwikkelingslanden vrijheid krijgen om goederen en diensten te kopen waar zij willen.
CapaciteitsopbouwCapaciteitsopbouw richt zich op het versterken van kennis en vaardigheden, met als doel het functioneren van organisaties in ontwikkelingslanden te verbeteren. Capaciteitsopbouw kan bijvoorbeeld de vorm hebben van trainen van medewerkers of het versterken van het personeelsbestand. De term capaciteitsopbouw wordt op verschillende niveaus toegepast. Zo onderscheidt men in de regel capactiteitsopbouw van personen, van organisaties en van de samenleving als geheel.[9] Het concept capaciteitsopbouw won na het begin van de 21e eeuw aan gewicht. Het hangt samen met de gedachte dat ontwikkelingslanden zelf verantwoordelijk zijn voor het uitvoeren van hun armoedebeleid. Voldoende lokale capaciteit is daarvoor belangrijk.
Resultaten
De vraag of hulp effect heeft, is niet eenduidig te beantwoorden. Ontwikkelingshulp kent vele voorbeelden van mislukkingen en successen. De effectiviteitsvraag kan bovendien niet los gezien worden van het doel van de geboden hulp (economische groei, armoedevermindering, bevorderen politieke stabiliteit, et cetera), de vorm (schuldenverlichting, begrotingssteun, projecthulp, et cetera) en de donor (overheid, ontwikkelingsbank, ngo, et cetera). De resultaten van ontwikkelingshulp hangen bovendien samen met een andere factoren, zoals internationale handelsverhoudingen, politieke stabiliteit, de kwaliteit van instituties, geografische omstandigheden en historische gegroeide tradities. Deze paragraaf beperkt zich tot algemene uitspraken over de resultaten van de twee hoofddoelstellingen van ontwikkelingshulp, die zijn vastgesteld door de OESO: het bevorderen van economische ontwikkeling en welzijn.
Economische ontwikkeling
Naar de relatie tussen ontwikkelingshulp en economische groei is veel onderzoek gedaan.[10] Deze onderzoeken schetsen geen eenduidig beeld. Een aantal onderzoeken wijst op een negatief verband: landen die veel hulp kregen, deden het economisch slechter.[11] Andere onderzoeken wijzen op een positief verband[12], weer anderen vinden geen verband. Een invloedrijk onderzoek van de Wereldbank[13] stelt dat hulp positief effect heeft in landen met een goed macro-economisch beleid. Deze uitkomst werd in latere onderzoeken ter discussie gesteld. De meeste onderzoeken wijzen op een licht positief verband tussen ontwikkelingshulp en economische groei. [bron?]
Bevorderen van welzijn
Ontwikkelingshulp heeft de afgelopen decennia bijgedragen aan het verwezenlijken van sociale doelen in ontwikkelingslanden. Voorbeelden daarvan zijn de afname van kindersterfte, de toename van het schoolbezoek en het uitroeien van een aantal besmettelijke ziektes (zoals polio en rivierblindheid). De armoede daalde de afgelopen decennia sterk. Deze successen waren niet uitsluitend te danken aan ontwikkelingshulp, maar hulp leverde wel een bijdrage. Andere sociale doelstellingen, zoals het terugdringen van moedersterfte en het verbeteren van de positie van vrouwen, blijken moeilijker te verwezenlijken.
Nederlandse ontwikkelingshulp Ontwikkelingshulp door Nederland
Tot het aantreden van het kabinet Rutte gaf Nederland ruim 0,8% van het Bruto Nationaal Product uit aan ontwikkelingshulp. Thans is dat 0,7%, conform de internationale norm.
De ontwikkelingshulp door Nederland komt op drie manieren op zijn plaats terecht:
Via een bilaterale relatie, in zo'n geval gaat het geld direct naar een land waarmee Nederland een relatie heeft.
Via internationale organisaties zoals de Verenigde Naties en de Wereldbank. Ongeveer een kwart van het budget bereikt ontwikkelingslanden op deze manier.
Via bedrijven, Niet-Gouvernementele Organisaties (NGO's) en kennisinstellingen. Deze route heet 'het particuliere financieringskanaal'. Bij maatschappelijke organisaties gaat het om organisaties als NOVIB, Cordaid of Artsen zonder grenzen. Ongeveer een kwart van het budget loopt via deze organisaties.
Een deel van de Nederlandse hulp gaat via medefinancieringsorganisaties (MFO's): Oxfam Novib, ICCO, Hivos, Cordaid. Plan Nederland (voorheen Foster Parents Plan) en Terre des Hommes. Deze MFO's zijn niet verbonden aan de regering, maar aan burgers, en dus een vorm van niet-gouvernementele organisaties (NGO's). Zij geven geld aan andere niet-gouvernementele organisaties die de eigenlijke hulpprojecten verzorgen in ontwikkelingslanden.
Niet al het geld komt vanuit de regering. Ook burgers betalen direct voor ontwikkelingssamenwerking. De MFO's hebben bijvoorbeeld ook een eigen achterban die gelden bijdragen voor hun ontwikkelingsprojecten. Hetzelfde geldt voor andere NGO's die geld werven bij burgers, zoals Woord en Daad, Red een Kind, VSO, World Granny, WPF en SOS Kinderdorpen.
Belgische ontwikkelingshulp
Zie onder meer Belgische Technische Coöperatie (BTC) voor gouvernementele ontwikkelingssamenwerking.
Zie Vredeseilanden, 11.11.11 en Broederlijk Delen voor niet-gouvernementele ontwikkelingssamenwerking.
Discussie
Over ontwikkelingshulp zijn de meningen verdeeld. Voorstanders wijzen op de morele verplichting van rijke landen om arme landen te helpen, en op successen op terrein van onderwijs en gezondheidszorg. Tegenstanders wijzen op de tegenvallende resultaten en op de voortdurende armoede in met name sub-Sahara Afrika. Zij menen dat hulp landen afhankelijk maakt, en hen hindert om zélf hun ontwikkeling vorm te geven.
Een belangrijk argument van tegenstanders is dat hulp niet helpt, omdat het niet leidt tot meer economische groei. Zij wijzen daarbij op macro-economische studies, die aantonen dat dit effect uitblijft. Voorstanders wijzen op andere studies, die juist wél een positief verband laten zien. Zij wijzen er bovendien op dat hulp sociale vooruitgang brengt, zoals betere gezondheidszorg en onderwijs. Dit is niet direct terug te zien in economische groeicijfers.
Tegenstanders menen dat ontwikkelingshulp corruptie in de hand werkt. Het brengt leiders in de verleiding om hulpgelden aan te wenden voor hun eigen belang, in plaats van te investeren in de ontwikkeling van hun land. Vooral tijdens de Koude Oorlog werd ontwikkelingshulp misbruikt door lokale leiders zoals Mobutu van Zaïre, Abacha in Nigeria en Mengistu in Ethiopië. Voorstanders wijzen erop dat ontwikkelingshulp ook wordt ingezet om corruptie te bestrijden. Donoren stellen bovendien steeds strengere eisen aan de verantwoording van de besteding van hulpgelden, waardoor de kans op weglekken van geld aanzienlijk kleiner is geworden. Extreme vormen van mismanagement van hulpgeld, zoals in de Koude Oorlog, zijn tegenwoordig zeldzaam.[bron?]
Een derde argument van tegenstanders is dat er veel geld ‘aan de strijkstok’ blijft hangen. Daarmee wordt bedoeld dat een te groot gedeelte van de hulp opgaat aan organisatie- en overheadkosten in het eigen land. Ontwikkelingshulp komt daarmee vooral de ontwikkelingsorganisaties ten goede. Voorstanders menen dat het percentage overheadkosten vaak wordt overschat. Organisaties als World Vision[bron?], Cordaid[bron?], Trias vzw[bron?] en Oxfam Novib[bron?] besteden ruim 80 procent van het geld aan projecten in het buitenland.
Onderzoeker/promovendus Wiet Janssen, verbonden aan Universiteit Twente, voormalig VVD-kamerlid Arend Jan Boekestijn en Drs. Hans R.J. Sluijter uitten kritiek op ontwikkelingshulp. Janssen schreef dat 30% van steun verkeerd terechtkomt door corruptie en verkeerd beleid.[14][15][16][17] Boekestijn schreef twee polemische werken: De prijs van een slecht geweten en Waarom hulp in zijn huidige vorm niet werkt.[18]. Sluijter publiceert in zijn blog NL-Aid het boek 'ontwikkelingssamenwerking ontwikkelt geen samenwerking' waarbij hij voornamelijk kritiek uitte op de salarissen van directeuren en het feit dat stichtingen niet onder de Wet openbaarheid van bestuur (WOB) vallen. Er zou daardoor geen audits plaatsvinden gericht op output.
Externe linksOntwikkelingssamenwerking met hospitaalschepen
Adressenboek ontwikkelingssamenwerking
Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking België
Vlaamse ontwikkelingssamenwerking
Nederlandse ontwikkelingssamenwerking
NL-Aid
BibliografieDeveltere Patrick, De Belgische Ontwikkelingssamenwerking, Davidsfonds, Leuven, 2005 ISBN 9058263525
De opkomst van de vierde pijler
Rapport "Minder pretentie, meer ambitie. Ontwikkelingshulp die verschil maakt." Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Uitgever:Amsterdam University Press.1
Referenties1.↑ a b [1]
2.↑ Develtere, Patrick, De vrije markt van de ontwikkelingssamenwerking, Davidsfonds, Leuven, 2009, pp 179
3.↑ OESO International Development Statistics Online
4.↑ [2] website branchevereniging Partos, ‘feiten en cijfers’
5.↑ Harry S. Truman. Inaugural address. 20 januari 1949
6.↑ [3] Ministerie van Buitenlandse Zaken: de Verklaring van Parijs
7.↑ [4] Evaluation of the Implementation of the Paris Declaration, 2008
8.↑ [5] OECD: The Paris Declaration and AAA
9.↑ Schulpen, L. en Klem, B., Wegwijs in de wereld van de hulp, KIT Publishers Amsterdam, 2005
10.↑ onder meer door Dollar, Pritchett, Collier en Easterly.
11.↑ Robert G. Murphy en Nicholas G. Tresp in Government Policy and the Effectiveness of Foreign Aid. Boston, 2006
12.↑ Carl-Johan Dalgaard, Henrik Hansen en Finn Tarp. On the Empirics of Foreign Aid and Growth. Working Paper 02/08. University of Nottingham, 2002
13.↑ Dollar, D. en Pritchett, L. Assessing Aid-What works, what doesn’t and why, Wereldbank 1989
14.↑ Proefschrift "Management of the Dutch development cooperation" in PDF-formaat
15.↑ Artikel Trouw
16.↑ Promotie Wiet Jansen website Universiteit Twente
17.↑ Website Ontwikkelingshulp Anders
18.↑ De prijs van een slecht geweten, uitgever Aspekt
OntwikkelingssamenwerkingUit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Ontwikkelingssamenwerking is bedoeld om Derde wereld-, of ontwikkelingslanden en hun burgers en instellingen te helpen zich verder te ontwikkelen en zo een hogere levensstandaard te bereiken.
Ontwikkelingssamenwerking is actief op terreinen zoals onderwijs, gezondheidszorg, economische ontwikkeling, landbouw en infrastructuur. Naast concrete thema's richt ontwikkelingshulp zich ook op zaken als het versterken van capaciteit en het vergroten van participatie van achtergestelde groepen.
De termen ‘ontwikkelingshulp’ en ‘ontwikkelingssamenwerking’ worden in praktijk door elkaar gebruikt. Van oudsher spreekt men van ontwikkelingshulp, maar in de jaren zeventig van de 20e eeuw werd de term ontwikkelingssamenwerking geïntroduceerd. Daarmee drukken donoren uit dat zij ontvangende landen en organisaties als gelijkwaardige partners beschouwen.
Inhoud [verbergen]
1 De route van ontwikkelingshulp
1.1 Bilaterale ontwikkelingshulp
1.2 Multilaterale ontwikkelingshulp
1.3 Ontwikkelingshulp via niet-gouvernementele organisaties
1.4 Particuliere initiatieven / Vierde pijler-initiatieven
2 Financiering
3 Noodhulp
4 Visies
4.1 Moderniseringstheorie
4.2 Afhankelijkheidsschool
4.3 Neoliberale school
4.3.1 Grijs gebied
4.4 Antropologen
4.4.1 Sociologische verschillen tussen noord en zuid
5 Geschiedenis
6 Kwaliteit van ontwikkelingshulp
6.1 Verklaring van Parijs
6.2 Accra Agenda
6.3 Capaciteitsopbouw
7 Resultaten
7.1 Economische ontwikkeling
7.2 Bevorderen van welzijn
8 Nederlandse ontwikkelingshulp
9 Belgische ontwikkelingshulp
10 Discussie
11 Externe links
12 Bibliografie
13 Referenties
De route van ontwikkelingshulp
Ontwikkelingshulp wordt via meerdere routes verstrekt: via overheden, multilaterale instellingen en non-gouvernementele organisaties. In Nederland spreekt men van drie 'kanalen', in België van drie 'pijlers' in ontwikkelingssamenwerking. Naast deze traditionele kanalen of pijlers is een vierde route voor ontwikkelingshulp in opkomst: ontwikkelingshulp via particulieren, bedrijven, kerken, vakbonden, scholen, et cetera. In Nederland spreekt men van particuliere initiatieven in de ontwikkelingshulp, in België van Vierde Pijler-initiatieven.
Bilaterale ontwikkelingshulp
Bilaterale hulp is hulp tussen de regering van het ontwikkelingsland en de regering van het donorland, bijvoorbeeld van Nederland aan Tanzania. Wereldwijd is de bilaterale hulp van 2003 tot 2008 gegroeid van 80 tot 135 miljard dollar.[1]
Multilaterale ontwikkelingshulp
Multilaterale hulp wordt verstrekt via multilaterale instellingen, zoals de Wereldbank, de Verenigde Naties en de Europese Unie. Multilaterale instellingen ontvangen contributies van overheden. Zij voeren daar op hun beurt ontwikkelingsprogramma’s mee uit. In 2008 werd er 13,4 miljard dollar verstrekt via multilaterale instellingen.[1]
Ontwikkelingshulp via niet-gouvernementele organisaties
Niet-gouvernementele organisaties (NGO's) zijn particuliere, onafhankelijke hulporganisaties. Hun inkomsten bestaan uit donaties van particulieren, bedrijven en maatschappelijke organisaties. Soms ontvangen zij subsidie van de overheid. De grootste NGO's wereldwijd zijn World Vision, Save the Children International en Care USA. De noordelijke NGO's rapporteerden in 2007 een gezamenlijke omzet van meer dan 20 miljard dollar.[2]
Particuliere initiatieven / Vierde pijler-initiatieven
Naast NGO's zijn ook burgers, sociale organisaties, stichtingen, scholen, ziekenhuizen, sportclubs, vriendengroepen en bedrijven actief. In Nederland worden dit particuliere initiatieven genoemd, in België spreekt men van de vierde pijler van de ontwikkelingssamenwerking. De particuliere hulp wordt ook wel 'doe het zelf ontwikkelingshulp' genoemd. Belangrijk is dat het hier gaat om 'niet-domeinspecifieke organisaties'. Ze zijn met ontwikkelingssamenwerking bezig, maar zijn er niet voor opgericht en niet in gespecialiseerd, in tegenstelling tot de drie andere kanalen of pijlers.
In opkomst is verder de ontwikkelingssamenwerking die plaatsvindt binnen beroepsgroepen, zoals bij de boeren van Noord en Zuid. In de laatste jaren hebben zij een geheel eigen vorm gegeven aan hun internationale samenwerking 'van boer tot boer'. AgriCord, dat gevestigd is in Leuven, verenigt agri-agencies die elk in hun eigen land namens de georganiseerde landbouw de collega's in ontwikkelingslanden steunen in de opbouw van sterke belangenbehartigende organisaties en bedrijvigheid op coöperatieve grondslag.
Financiering
Het grootste deel van het budget voor ontwikkelingssamenwerking komt van overheden van rijke landen. In 2008 gaven deze overheden samen 120 miljard dollar aan officiële ontwikkelingshulp. De Verenigde Staten waren in 2008 in absolute zin de grootste donor, met een hulpbudget van 26 miljard dollar. Nederland bezette de zesde plaats met bijna 7 miljard dollar. België gaf 2,4 miljard dollar.[3]
Relatief gezien zijn Noorwegen, Zweden, Denemarken, Nederland en Luxemburg de grootste donoren: zij besteden minimaal 0,7% van hun budget aan ontwikkelingssamenwerking. Daarmee voldoen zij aan een internationale norm, die leden van de OESO in 1970 met elkaar afspraken.
Naast overheidshulp komt een belangrijk deel van ontwikkelingshulp van uit particuliere kanalen, zoals ontwikkelingsorganisaties, bedrijven en burgers. Nederlandse ontwikkelingsorganisaties hebben een gezamenlijk budget van 1,3 miljard euro.[4]
Noodhulp
Ontwikkelingssamenwerking onderscheidt zich van noodhulp door een structurele aanpak van de oorzaak van problemen op lange termijn. Noodhulp (of humanitaire hulp) biedt een oplossing voor tijdelijke problemen veroorzaakt door natuurrampen of gewapende conflicten.
Een voorbeeld ter verduidelijking:
noodhulp: in een regio waar hongersnood heerst als gevolg van een overstroming worden voedselpakketten verdeeld.
ontwikkelingssamenwerking: in een regio waar veel honger voorkomt leert een hulpverlener aan lokale boeren duurzame landbouwtechnieken zoals irrigatie en vruchtwisseling. Zo kan de bevolking zelf voor voldoende en gezond voedsel zorgen.
Visies
Over ontwikkelingssamenwerking bestaan veel uiteenlopende overtuigingen. Deze kunnen grofweg ondergebracht worden in drie grote groepen. Hoewel deze theorieën elk een dominante periode kenden hoeven ze niet als contrair aan elkaar te worden beschouwd. Door middel van begrip van de drie groepen kunnen supplementaire wijzen van ontwikkelingswerk worden ontwikkeld.
Moderniseringstheorie
De aanhangers van de moderniseringstheorie stellen dat onderontwikkeling een gevolg is van interne factoren zoals slecht bestuur, traditionele productie en cultuur. Ontwikkeling volgt uit de ontmanteling van deze traditionele structuren en het volgen van het Europese model. Enerzijds vindt het zijn oorsprong in de evolutietheorie en het werk van Max Weber en Emile Durkheim. Deze auteurs zochten naar verklaringen voor de verschuiving van traditionele naar moderne economie en vonden deze in de verandering van sociale en culturele instituties.
Anderzijds ligt deze theorie haar oorsprong in de diffusietheorie. Gunnar Myrdal argumenteerde dat door groeiimpulsen van kapitaal, technologie en instituties de moderniteit zich verspreidt van geurbaniseerd gebied naar ruraal gebied, dit noemt hij de spread effects. Veel van dit denken is ook terug te vinden in het unilineaire ontwikkelingsmodel van Rostow. Deze theorie was heersend in de jaren '50 en '60 en kreeg als voornaamste kritiek eurocentrisch te zijn en traditionele economieën te denigreren.
Afhankelijkheidsschool
Volgens de aanhangers van de afhankelijkheidsschool ligt de oorzaak van de onderontwikkeling van de Derde Wereld bij de ongelijke (economische) machtsverhoudingen tussen Noord en Zuid. De meeste anders-globalisten horen bij deze groep.
Deze school vindt haar oorsprong in auteurs zoals Karl Marx en Friedrich Engels. De klassestructuur die deze auteurs beschreven wordt geprojecteerd op het internationaal systeem. Binnen deze visie wordt het Zuiden uitgebuit door het kapitalistische Noorden. Ook het Latijns-Amerikaans Structuralisme had een grote invloed op deze school. Het was Paul Prebisch, hoofd van CEPAL die stelde dat de internationale economische orde verdeel was tussen een industriële kern en een agrarische periferie waarbij de kern de periferie domineert en depriveert.
De afhankelijkheidsschool stelt dat de vrije markteconomie de financiële winsten probeert te maximaliseren zonder oog voor de sociale en ecologische gevolgen. Door de globalisering zouden bedrijven aan maatschappelijke controle, arbeidswetten en milieunormen ontsnappen, omdat er geen internationale politieke instellingen zouden zijn die voldoende invloed op multinationale ondernemingen kunnen uitoefenen.
De aanhangers van de afhankelijkheidsschool ijveren voor
eerlijke handel die arbeiders en landbouwers uit het Zuiden een eerlijke prijs en goede arbeidsomstandigheden garandeert.
Kwijtschelding van de financiële schulden van de armste landen.
Correcties op de vrije markt, zoals de Tobintaks, verlaging van de invoerrechten en afschaffing van de landbouwsubsidies in het Noorden.
Duurzame ontwikkeling
Ze protesteerden in de jaren 80 en 90 tegen de Structurele Aanpassings Programma's (SAP) van de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds (IMF) die lokale regeringen aanzetten tot bezuinigingen op basisvoorzieningen zoals gezondheidszorg en onderwijs.
Neoliberale school
De aanhangers van de neoliberale school gaan ervan uit dat de problemen in de ontwikkelingslanden zelf ontstaan. De onderontwikkeling is volgens hen een gevolg van corruptie, (religieuze) onderdrukking, snelle demografische groei, andere mentaliteiten, natuurrampen en etnische conflicten.
Volgens aanhangers van de liberale school leiden globalisering en een vrije markt met zo weinig mogelijk beperkingen tot economische groei, die op termijn ook de armen ten goede komt. Ongelijkheid is voor hen geen probleem: Als armen ook welvarender worden, dan maakt het niet uit hoe rijk de rijksten zijn.
Ze gaan ervan uit dat ontwikkelingssamenwerking zich moet beperken tot acties die het economisch systeem zo weinig mogelijk hinderen. Noodhulp kan, maar als de crisis voorbij is heeft het geen zin of is het onmogelijk om de onderliggende problemen aan te pakken.
Er is slechts een beperkte rol voor de staat weg gelegd. Het moet zich bezig houden met het voorzien van publieke goederen en voor de rest de markt haar werk laten doen. Het was de schuldencrisis van de jaren '80 die de opmars van het neoliberalisme inluidde.
Het neoliberalisme vindt haar oorsprong in auteurs Friedrich von Hayek en Milton Friedman, de zogenaamde Chicago Boys.
Grijs gebiedHet dient opgemerkt te worden dat er geen scherpe afbakening is tussen de afhankelijkheidsschool en de liberale school, er bestaat een grijs gebied tussen die twee. In dat grijze gebied bevinden zich degenen die van mening zijn dat de vrije markt het enige effectieve middel is om economische ontwikkeling te bewerkstelligen, maar dat een onafhankelijke instantie die de regels handhaaft en die eerlijke concurrentie bevordert daarbij essentieel is om de vrije markt goed te laten functioneren.
Antropologen
Sommige antropologen zoeken de oorzaken van onderontwikkeling in de kolonisatieperiode: Door de paternalistische houding van de blanken zijn Afrikanen hun weerbaarheid, eigenwaarde en geloof in hun eigen mogelijkheden en creativiteit verloren. Onderontwikkeling betekent voor hen dat mensen geen vrije keuzes meer kunnen maken; afhankelijkheid is het gevolg.
Hier kan tegenin gebracht worden dat er nauwelijks een verband lijkt te bestaan tussen het ontwikkelingsniveau van een Afrikaans land en de mate waarin het blootgesteld is geweest aan Europese invloeden. Ethiopië is nooit gekoloniseerd geweest en heeft een zwakke economie terwijl Zuid-Afrika, een land waar de Europese invloed zeer groot is geweest, redelijk welvarend is. Waarbij aangetekend moet worden dat Zuid-Afrika vanwege de hoge en al eeuwen aanhoudende Europese migratie, opgeteld bij de Apartheid historie, Zuid-Afrika een apart geval is. Kijkt men bijvoorbeeld naar de economische weerbaarheid van mensen die onder apartheid in thuislanden woonden en wiens ontwikkeling en trots zeker gefrustreerd is geraakt door Kolonisatie / Apartheid, dan wint de "antropologische" visie aan kracht.
Sociologische verschillen tussen noord en zuid
Begrippen als tijd, geld, vrijheid, arbeid, leven, gezondheid, gender, leeftijd en familie hebben dikwijls een andere betekenis voor mensen uit het Zuiden. Harmonie met de natuur, sociale relaties en respect voor de voorouders zijn in het Zuiden belangrijk bij het zoeken naar oplossingen voor concrete problemen; in tegenstelling tot het Noorden waar rationaliteit en het individu centraal staan bij ontwikkeling. Antropologen vinden dat ontwikkelingssamenwerking opnieuw doordacht moet worden vanuit de cultuur en de eigen opvattingen van mensen uit het Zuiden.
Tegenstanders van deze visie zijn van mening dat de aanname dat noorderlingen beter in staat zouden zijn om rationele beslissingen te nemen dan zuiderlingen denigrerend en racistisch is.
Geschiedenis
Het eerste omvangrijke ontwikkelingsplan van de Verenigde Staten is het Marshallplan uit 1947, gericht op de economische wederopbouw van Europa na de Tweede Wereldoorlog. Twee jaar later legt de Amerikaanse president, Harry Truman, in zijn inaugurele rede de grondslag voor de moderne ontwikkelingshulp. In 1949 vraagt hij aandacht voor het feit dat de helft de wereldbevolking in miserabele omstandigheden leeft.[5] Truman maakt 2,75 procent van het Amerikaanse nationale inkomen vrij voor ontwikkelingshulp.
Ontwikkelingshulp moet de levensomstandigheden van de armsten op de wereld verminderen. Toch is en was armoedevermindering niet het enige doel van hulp. Naast humanitaire motieven spelen economische belangen van donorlanden en politieke belangen in ontvangende landen een sterke rol.
In de jaren 50, 60 en 70 van de 20e eeuw was hulp onlosmakelijk verbonden met de Koude Oorlog en het verstevigen van banden met voormalige koloniën. Westerse ontwikkelingshulp had tot doel de veiligheid van het Westen tegen het communisme te vergroten. Ontwikkelingshulp had ook een sterk economisch motief. Zo verscheepte de VS zijn landbouwoverschotten via het Food for Peace Program in de vorm van ontwikkelingshulp naar de derde wereld.
Na de val van de muur in 1989 raakt de politieke motivatie op de achtergrond. De overheidsbudgetten voor ontwikkelingshulp dalen. In Amerika daalt het hulpbudget tijdens de regering-Clinton (1993-2001) tot 0,1 procent van het nationaal inkomen, terwijl die in 1949 nog 2,75 procent bedroeg. Tegelijkertijd krijgt de hulp een wat minder politieke kleur: hulp richt zich in toenemende mate op armoedebestrijding. Deze verschuiving vindt zijn weerslag in de Millennium Ontwikkelingsdoelen, waarin regeringsleiders afspraken maken om voor 2015 de wereldwijde armoede sterk terug te dringen.
Sinds de aanslagen op 11 september 2001 zijn veiligheid en het verspreiden van democratie opnieuw centrale doelstellingen van ontwikkelingshulp. Dit is onder meer zichtbaar aan de groeiende hulpbudgetten voor Afghanistan en Irak, na de Amerikaanse invasie in deze landen.
Kwaliteit van ontwikkelingshulp Verklaring van Parijs
De kwaliteit en effectiviteit van ontwikkelingssamenwerking is een voortdurend onderwerp van discussie. Binnen de internationale donorgemeenschap is over een aantal uitgangspunten consensus bereikt. Deze zijn in 2005 vastgelegd in de Verklaring van Parijs. De kern van ‘Parijs’ is dat ontwikkelingslanden meer zeggenschap krijgen over de hulp, en dat donoren en ontvangers samenwerken op basis van vertrouwen. De Verklaring van Parijs rust op vijf principes:[6]
ontwikkelingslanden leiden hun eigen ontwikkeling samen met een daarin gespecialiseerde instelling (bijv. unicef) (eigenaarschap),
donoren gebruiken vooral lokale systemen en stellen partners in staat om hun processen conform hun eigen planning uit te voeren (afstemming),
donoren werken goed samen en stemmen hun onderlinge procedures en eisen maximaal af (harmonisatie),
zowel donoren als partner stellen het behalen van resultaten centraal in hun planning (resultaatgericht management)
donoren en partners leggen aan elkaar verantwoording af (wederzijdse verantwoordelijkheid)
De doelen moeten in 2010 zijn behaald. Een tussentijdse evaluatie in 2008 stelt dat er vooruitgang is geboekt, maar nog onvoldoende om de doelen te halen. In vergelijking met andere donoren doet Nederland het goed.[7]
Accra Agenda
De Verklaring van Parijs kreeg in 2008 een vervolg in de Accra Agenda for Action (AAA). In de AAA staan voorspelbaarheid van ontwikkelingshulp, conditionaliteit en het ontbinden van hulp centraal.
Donoren maken ontwikkelingshulp voorspelbaar. Dat betekent dat zij op tijd laten weten op hoeveel hulp een ontwikkelingsland kan rekenen, en dat zij deze hulp op tijd leveren. Bovendien zal het verstrekken van hulp gebeuren aan de hand van de planning het partnerland,in plaats van die van het donorland.[8]
Donoren stellen niet hun eigen voorwaarden, maar verbinden condities aan de ontwikkelingsdoelen die het ontwikkelingsland zelf heeft vastgesteld.
Donoren zullen ontwikkelingshulp zoveel mogelijk ontbinden. Dat betekent dat ontwikkelingslanden vrijheid krijgen om goederen en diensten te kopen waar zij willen.
CapaciteitsopbouwCapaciteitsopbouw richt zich op het versterken van kennis en vaardigheden, met als doel het functioneren van organisaties in ontwikkelingslanden te verbeteren. Capaciteitsopbouw kan bijvoorbeeld de vorm hebben van trainen van medewerkers of het versterken van het personeelsbestand. De term capaciteitsopbouw wordt op verschillende niveaus toegepast. Zo onderscheidt men in de regel capactiteitsopbouw van personen, van organisaties en van de samenleving als geheel.[9] Het concept capaciteitsopbouw won na het begin van de 21e eeuw aan gewicht. Het hangt samen met de gedachte dat ontwikkelingslanden zelf verantwoordelijk zijn voor het uitvoeren van hun armoedebeleid. Voldoende lokale capaciteit is daarvoor belangrijk.
Resultaten
De vraag of hulp effect heeft, is niet eenduidig te beantwoorden. Ontwikkelingshulp kent vele voorbeelden van mislukkingen en successen. De effectiviteitsvraag kan bovendien niet los gezien worden van het doel van de geboden hulp (economische groei, armoedevermindering, bevorderen politieke stabiliteit, et cetera), de vorm (schuldenverlichting, begrotingssteun, projecthulp, et cetera) en de donor (overheid, ontwikkelingsbank, ngo, et cetera). De resultaten van ontwikkelingshulp hangen bovendien samen met een andere factoren, zoals internationale handelsverhoudingen, politieke stabiliteit, de kwaliteit van instituties, geografische omstandigheden en historische gegroeide tradities. Deze paragraaf beperkt zich tot algemene uitspraken over de resultaten van de twee hoofddoelstellingen van ontwikkelingshulp, die zijn vastgesteld door de OESO: het bevorderen van economische ontwikkeling en welzijn.
Economische ontwikkeling
Naar de relatie tussen ontwikkelingshulp en economische groei is veel onderzoek gedaan.[10] Deze onderzoeken schetsen geen eenduidig beeld. Een aantal onderzoeken wijst op een negatief verband: landen die veel hulp kregen, deden het economisch slechter.[11] Andere onderzoeken wijzen op een positief verband[12], weer anderen vinden geen verband. Een invloedrijk onderzoek van de Wereldbank[13] stelt dat hulp positief effect heeft in landen met een goed macro-economisch beleid. Deze uitkomst werd in latere onderzoeken ter discussie gesteld. De meeste onderzoeken wijzen op een licht positief verband tussen ontwikkelingshulp en economische groei. [bron?]
Bevorderen van welzijn
Ontwikkelingshulp heeft de afgelopen decennia bijgedragen aan het verwezenlijken van sociale doelen in ontwikkelingslanden. Voorbeelden daarvan zijn de afname van kindersterfte, de toename van het schoolbezoek en het uitroeien van een aantal besmettelijke ziektes (zoals polio en rivierblindheid). De armoede daalde de afgelopen decennia sterk. Deze successen waren niet uitsluitend te danken aan ontwikkelingshulp, maar hulp leverde wel een bijdrage. Andere sociale doelstellingen, zoals het terugdringen van moedersterfte en het verbeteren van de positie van vrouwen, blijken moeilijker te verwezenlijken.
Nederlandse ontwikkelingshulp Ontwikkelingshulp door Nederland
Tot het aantreden van het kabinet Rutte gaf Nederland ruim 0,8% van het Bruto Nationaal Product uit aan ontwikkelingshulp. Thans is dat 0,7%, conform de internationale norm.
De ontwikkelingshulp door Nederland komt op drie manieren op zijn plaats terecht:
Via een bilaterale relatie, in zo'n geval gaat het geld direct naar een land waarmee Nederland een relatie heeft.
Via internationale organisaties zoals de Verenigde Naties en de Wereldbank. Ongeveer een kwart van het budget bereikt ontwikkelingslanden op deze manier.
Via bedrijven, Niet-Gouvernementele Organisaties (NGO's) en kennisinstellingen. Deze route heet 'het particuliere financieringskanaal'. Bij maatschappelijke organisaties gaat het om organisaties als NOVIB, Cordaid of Artsen zonder grenzen. Ongeveer een kwart van het budget loopt via deze organisaties.
Een deel van de Nederlandse hulp gaat via medefinancieringsorganisaties (MFO's): Oxfam Novib, ICCO, Hivos, Cordaid. Plan Nederland (voorheen Foster Parents Plan) en Terre des Hommes. Deze MFO's zijn niet verbonden aan de regering, maar aan burgers, en dus een vorm van niet-gouvernementele organisaties (NGO's). Zij geven geld aan andere niet-gouvernementele organisaties die de eigenlijke hulpprojecten verzorgen in ontwikkelingslanden.
Niet al het geld komt vanuit de regering. Ook burgers betalen direct voor ontwikkelingssamenwerking. De MFO's hebben bijvoorbeeld ook een eigen achterban die gelden bijdragen voor hun ontwikkelingsprojecten. Hetzelfde geldt voor andere NGO's die geld werven bij burgers, zoals Woord en Daad, Red een Kind, VSO, World Granny, WPF en SOS Kinderdorpen.
Belgische ontwikkelingshulp
Zie onder meer Belgische Technische Coöperatie (BTC) voor gouvernementele ontwikkelingssamenwerking.
Zie Vredeseilanden, 11.11.11 en Broederlijk Delen voor niet-gouvernementele ontwikkelingssamenwerking.
Discussie
Over ontwikkelingshulp zijn de meningen verdeeld. Voorstanders wijzen op de morele verplichting van rijke landen om arme landen te helpen, en op successen op terrein van onderwijs en gezondheidszorg. Tegenstanders wijzen op de tegenvallende resultaten en op de voortdurende armoede in met name sub-Sahara Afrika. Zij menen dat hulp landen afhankelijk maakt, en hen hindert om zélf hun ontwikkeling vorm te geven.
Een belangrijk argument van tegenstanders is dat hulp niet helpt, omdat het niet leidt tot meer economische groei. Zij wijzen daarbij op macro-economische studies, die aantonen dat dit effect uitblijft. Voorstanders wijzen op andere studies, die juist wél een positief verband laten zien. Zij wijzen er bovendien op dat hulp sociale vooruitgang brengt, zoals betere gezondheidszorg en onderwijs. Dit is niet direct terug te zien in economische groeicijfers.
Tegenstanders menen dat ontwikkelingshulp corruptie in de hand werkt. Het brengt leiders in de verleiding om hulpgelden aan te wenden voor hun eigen belang, in plaats van te investeren in de ontwikkeling van hun land. Vooral tijdens de Koude Oorlog werd ontwikkelingshulp misbruikt door lokale leiders zoals Mobutu van Zaïre, Abacha in Nigeria en Mengistu in Ethiopië. Voorstanders wijzen erop dat ontwikkelingshulp ook wordt ingezet om corruptie te bestrijden. Donoren stellen bovendien steeds strengere eisen aan de verantwoording van de besteding van hulpgelden, waardoor de kans op weglekken van geld aanzienlijk kleiner is geworden. Extreme vormen van mismanagement van hulpgeld, zoals in de Koude Oorlog, zijn tegenwoordig zeldzaam.[bron?]
Een derde argument van tegenstanders is dat er veel geld ‘aan de strijkstok’ blijft hangen. Daarmee wordt bedoeld dat een te groot gedeelte van de hulp opgaat aan organisatie- en overheadkosten in het eigen land. Ontwikkelingshulp komt daarmee vooral de ontwikkelingsorganisaties ten goede. Voorstanders menen dat het percentage overheadkosten vaak wordt overschat. Organisaties als World Vision[bron?], Cordaid[bron?], Trias vzw[bron?] en Oxfam Novib[bron?] besteden ruim 80 procent van het geld aan projecten in het buitenland.
Onderzoeker/promovendus Wiet Janssen, verbonden aan Universiteit Twente, voormalig VVD-kamerlid Arend Jan Boekestijn en Drs. Hans R.J. Sluijter uitten kritiek op ontwikkelingshulp. Janssen schreef dat 30% van steun verkeerd terechtkomt door corruptie en verkeerd beleid.[14][15][16][17] Boekestijn schreef twee polemische werken: De prijs van een slecht geweten en Waarom hulp in zijn huidige vorm niet werkt.[18]. Sluijter publiceert in zijn blog NL-Aid het boek 'ontwikkelingssamenwerking ontwikkelt geen samenwerking' waarbij hij voornamelijk kritiek uitte op de salarissen van directeuren en het feit dat stichtingen niet onder de Wet openbaarheid van bestuur (WOB) vallen. Er zou daardoor geen audits plaatsvinden gericht op output.
Externe linksOntwikkelingssamenwerking met hospitaalschepen
Adressenboek ontwikkelingssamenwerking
Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking België
Vlaamse ontwikkelingssamenwerking
Nederlandse ontwikkelingssamenwerking
NL-Aid
BibliografieDeveltere Patrick, De Belgische Ontwikkelingssamenwerking, Davidsfonds, Leuven, 2005 ISBN 9058263525
De opkomst van de vierde pijler
Rapport "Minder pretentie, meer ambitie. Ontwikkelingshulp die verschil maakt." Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Uitgever:Amsterdam University Press.1
Referenties1.↑ a b [1]
2.↑ Develtere, Patrick, De vrije markt van de ontwikkelingssamenwerking, Davidsfonds, Leuven, 2009, pp 179
3.↑ OESO International Development Statistics Online
4.↑ [2] website branchevereniging Partos, ‘feiten en cijfers’
5.↑ Harry S. Truman. Inaugural address. 20 januari 1949
6.↑ [3] Ministerie van Buitenlandse Zaken: de Verklaring van Parijs
7.↑ [4] Evaluation of the Implementation of the Paris Declaration, 2008
8.↑ [5] OECD: The Paris Declaration and AAA
9.↑ Schulpen, L. en Klem, B., Wegwijs in de wereld van de hulp, KIT Publishers Amsterdam, 2005
10.↑ onder meer door Dollar, Pritchett, Collier en Easterly.
11.↑ Robert G. Murphy en Nicholas G. Tresp in Government Policy and the Effectiveness of Foreign Aid. Boston, 2006
12.↑ Carl-Johan Dalgaard, Henrik Hansen en Finn Tarp. On the Empirics of Foreign Aid and Growth. Working Paper 02/08. University of Nottingham, 2002
13.↑ Dollar, D. en Pritchett, L. Assessing Aid-What works, what doesn’t and why, Wereldbank 1989
14.↑ Proefschrift "Management of the Dutch development cooperation" in PDF-formaat
15.↑ Artikel Trouw
16.↑ Promotie Wiet Jansen website Universiteit Twente
17.↑ Website Ontwikkelingshulp Anders
18.↑ De prijs van een slecht geweten, uitgever Aspekt

vrijdag 22 juli 2011 om 14:31
Ja, dat zou ook kunnen, maar dan wordt het minder gelezen. Er wordt hier gedicussieerd en men slaat elkaar met feiten om de oren, terwijl we appels met peren vergelijken. Godsdiensten worden erbij gehaald om punten te maken, terwijl dat onterecht is. Het artikel uit Wikipedia laat zien welke vormen van hulpverlening er naast elkaar bestaan, en hoeveel er door verschillende landen wordt bijgedragen.
Welke theoriën er van toepassing zijn en kunnen zijn, en waarmee je allemaal rekening moet houden in de discussie.
Het zijn zakelijke punten, zonder met modder te gooien en persoonlijk te worden. Ik zie hier mensen aanmerkingen maken over elkaar en over elkaar persoonlijkheid, IQ, enz. in plaats van over het onderwerp.
Welke theoriën er van toepassing zijn en kunnen zijn, en waarmee je allemaal rekening moet houden in de discussie.
Het zijn zakelijke punten, zonder met modder te gooien en persoonlijk te worden. Ik zie hier mensen aanmerkingen maken over elkaar en over elkaar persoonlijkheid, IQ, enz. in plaats van over het onderwerp.
vrijdag 22 juli 2011 om 14:45
Je slaat een topic juist dood door er dit soort gejatte lappen tekst tussen te zetten. Zet gewoon het punt neer dat je wilt maken, liefst in je eigen woorden. En voor wie zin heeft om op Wikipedia lappen tekst te gaan lezen zet je er gewoon een linkje neer. Door wat je nu doet jaag je mensen juist weg, met name nieuwkomers.
Polygamie = intensieve vrouwhouderij

vrijdag 22 juli 2011 om 14:46
Mijn bescheiden mening: de oorzaken voor de voedselcrisis is niet alleen de langdurige droogte, maar ook de aids-epidemie, slecht bestuur, oneerlijk landbouwbeleid, slechte distributie, (burger)oorlogen, lage opbrengst van exportproducten (koffiebonen).
Eenmalig een sloot geld sturen heeft dan ook geen zin, omdat a) het geld, naar alle waarschijnlijkheid, niet terecht komt bij diegene die het, het hardst, nodig hebben (lees: zelfverrijking/corruptie door regering, lokale leiders, stammen, buitenlandse bedrijven, e.d.) en b) eenmalige hulp is geen optie voor Afrika. Het is slechts een deel van de oplossing, van een heel complex probleem.
Eenmalig een sloot geld sturen heeft dan ook geen zin, omdat a) het geld, naar alle waarschijnlijkheid, niet terecht komt bij diegene die het, het hardst, nodig hebben (lees: zelfverrijking/corruptie door regering, lokale leiders, stammen, buitenlandse bedrijven, e.d.) en b) eenmalige hulp is geen optie voor Afrika. Het is slechts een deel van de oplossing, van een heel complex probleem.
vrijdag 22 juli 2011 om 14:49
quote:Donkeyshot schreef op 22 juli 2011 @ 12:10:
(..)Helemaal geen einde discussie. (Heel) misschien einde van jouw bijdrage aan de discussie, maar dat is beslist niet hetzelfde.(..)
Was dat niet je vooropgezette bedoeling dan? Door te vragen wanneer ik ging?
En nu gooi je er een heel eenzijdig propagandasprookje tegenaan over Al Shabaab, waar 'het Westen' al vele jaren oorlog tegen voert. Vanwege de olie, uiteraard.......
(..)Helemaal geen einde discussie. (Heel) misschien einde van jouw bijdrage aan de discussie, maar dat is beslist niet hetzelfde.(..)
Was dat niet je vooropgezette bedoeling dan? Door te vragen wanneer ik ging?
En nu gooi je er een heel eenzijdig propagandasprookje tegenaan over Al Shabaab, waar 'het Westen' al vele jaren oorlog tegen voert. Vanwege de olie, uiteraard.......
vrijdag 22 juli 2011 om 14:52
quote:Donkeyshot schreef op 22 juli 2011 @ 14:45:
Je slaat een topic juist dood door er dit soort gejatte lappen tekst tussen te zetten. Zet gewoon het punt neer dat je wilt maken, liefst in je eigen woorden. En voor wie zin heeft om op Wikipedia lappen tekst te gaan lezen zet je er gewoon een linkje neer. Door wat je nu doet jaag je mensen juist weg, met name nieuwkomers.Nou, dat zal wel meevallen. Hoewel een linkje prettiger leest.
Je slaat een topic juist dood door er dit soort gejatte lappen tekst tussen te zetten. Zet gewoon het punt neer dat je wilt maken, liefst in je eigen woorden. En voor wie zin heeft om op Wikipedia lappen tekst te gaan lezen zet je er gewoon een linkje neer. Door wat je nu doet jaag je mensen juist weg, met name nieuwkomers.Nou, dat zal wel meevallen. Hoewel een linkje prettiger leest.
vrijdag 22 juli 2011 om 14:55
quote:jaap schreef op 22 juli 2011 @ 14:49:
[...]
Was dat niet je vooropgezette bedoeling dan? Door te vragen wanneer ik ging?
Zoals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten. Van mij hoef je niet weg hoor, ik toonde alleen belangstelling.
quote:jaap schreef op 22 juli 2011 @ 14:49:
[...]
En nu gooi je er een heel eenzijdig propagandasprookje tegenaan over Al Shabaab, waar 'het Westen' al vele jaren oorlog tegen voert. Vanwege de olie, uiteraard.......Ah ... mag ik hieruit afleiden dat je inmiddels doorhebt dat er inderdaad moslims (en zelfs heuse moslim organisaties) zitten in dat gebied ? Voortschrijdend inzicht noemen we zoiets geloof ik ?
[...]
Was dat niet je vooropgezette bedoeling dan? Door te vragen wanneer ik ging?
Zoals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten. Van mij hoef je niet weg hoor, ik toonde alleen belangstelling.
quote:jaap schreef op 22 juli 2011 @ 14:49:
[...]
En nu gooi je er een heel eenzijdig propagandasprookje tegenaan over Al Shabaab, waar 'het Westen' al vele jaren oorlog tegen voert. Vanwege de olie, uiteraard.......Ah ... mag ik hieruit afleiden dat je inmiddels doorhebt dat er inderdaad moslims (en zelfs heuse moslim organisaties) zitten in dat gebied ? Voortschrijdend inzicht noemen we zoiets geloof ik ?
Polygamie = intensieve vrouwhouderij
vrijdag 22 juli 2011 om 15:16
quote:Donkeyshot schreef op 22 juli 2011 @ 14:55:
Zoals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten. Van mij hoef je niet weg hoor, ik toonde alleen belangstelling.
En verder maar weer met de persoonlijke aanval. Linkjes eruit geknipt, en genegeerd. Er zijn daar Moslims, en dus is het er niet pluis.
DS, 'het Westen' voert al héél lang oorlog in Somalië. Om (de controle over) de olie. En er zijn Somalische burgers die daar zo hun bedenkingen tegen hebben. De meesten inderdaad met een Moslim-achtergrond.
Vanwege het 'a-symetrische' karakter van de strijd, en het gegeven dat 'het Westen' actief 'False Flag Operations' in dat land opzet en ondersteunt, is de chaos daar al tijden compleet. Het helpt daarbij ook niet dat 'het Westen' al geruime tijd met 'drones' alles en iedereen die zou kunnen dienen als gesprekspartner naar het Hiernamaals tracht te bombarderen.
Het opzetten van iets wat lijkt op een levensvatbare economie, is onder die omstandigheden een illusie. Wat autonoom zorgt voor initiatieven van bedenkelijke aard. Wat vervolgens 'het Westen' weer volop in de gelegenheid stelt te wijzen op 'terroristen' die de boel zouden versjteren.
Neem de Somalische piraten. Een kwelling voor internationaal scheepvaartverkeer. Maar een zegen voor de vissers in Kenia, die eindelijk voor de kust verlost zijn van 'Westerse' (en Russische) visserij-fabrieksschepen.
Zoals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten. Van mij hoef je niet weg hoor, ik toonde alleen belangstelling.
En verder maar weer met de persoonlijke aanval. Linkjes eruit geknipt, en genegeerd. Er zijn daar Moslims, en dus is het er niet pluis.
DS, 'het Westen' voert al héél lang oorlog in Somalië. Om (de controle over) de olie. En er zijn Somalische burgers die daar zo hun bedenkingen tegen hebben. De meesten inderdaad met een Moslim-achtergrond.
Vanwege het 'a-symetrische' karakter van de strijd, en het gegeven dat 'het Westen' actief 'False Flag Operations' in dat land opzet en ondersteunt, is de chaos daar al tijden compleet. Het helpt daarbij ook niet dat 'het Westen' al geruime tijd met 'drones' alles en iedereen die zou kunnen dienen als gesprekspartner naar het Hiernamaals tracht te bombarderen.
Het opzetten van iets wat lijkt op een levensvatbare economie, is onder die omstandigheden een illusie. Wat autonoom zorgt voor initiatieven van bedenkelijke aard. Wat vervolgens 'het Westen' weer volop in de gelegenheid stelt te wijzen op 'terroristen' die de boel zouden versjteren.
Neem de Somalische piraten. Een kwelling voor internationaal scheepvaartverkeer. Maar een zegen voor de vissers in Kenia, die eindelijk voor de kust verlost zijn van 'Westerse' (en Russische) visserij-fabrieksschepen.
vrijdag 22 juli 2011 om 15:45
Voor alle duidelijkheid: ik wil hier wel antwoord op hebben.
Je hoeft niet op alles te reageren wat ik zeg (dat doe ik bij jou ook niet, onbegonnen werk) maar dit is een regelrechte beschuldiging. Dus die maak je hard, of je trekt hem weer in, met gepaste excuses.
quote:jaap schreef op 22 juli 2011 @ 15:16:
[...]
En verder maar weer met de persoonlijke aanval.
sprak de kampioen van de persoonlijke aanval.quote:Linkjes eruit geknipt, en genegeerd.Kan je even concreet toelichten waar je me nu weer van beschuldigt ? Ik ben erg benieuwd
Je hoeft niet op alles te reageren wat ik zeg (dat doe ik bij jou ook niet, onbegonnen werk) maar dit is een regelrechte beschuldiging. Dus die maak je hard, of je trekt hem weer in, met gepaste excuses.
quote:jaap schreef op 22 juli 2011 @ 15:16:
[...]
En verder maar weer met de persoonlijke aanval.
sprak de kampioen van de persoonlijke aanval.quote:Linkjes eruit geknipt, en genegeerd.Kan je even concreet toelichten waar je me nu weer van beschuldigt ? Ik ben erg benieuwd
Polygamie = intensieve vrouwhouderij

vrijdag 22 juli 2011 om 15:52
quote:Donkeyshot schreef op 22 juli 2011 @ 14:45:
Je slaat een topic juist dood door er dit soort gejatte lappen tekst tussen te zetten. Zet gewoon het punt neer dat je wilt maken, liefst in je eigen woorden. En voor wie zin heeft om op Wikipedia lappen tekst te gaan lezen zet je er gewoon een linkje neer. Door wat je nu doet jaag je mensen juist weg, met name nieuwkomers.
Je maakt een fout als je jouw persoonlijke mening las een feit gaat wegzetten. De reacties van anderen bevestigen mijn mening. Ik vind het heel jammer dat je je stoort aan mijn post omdat het (inderdaad) een hele lap tekst is, maar waarom veroordeel je de tekst terwijl je op geen enkel punt inhoudelijk ingaat?
Het gaat toch om de discussie, en niét om het aanvallen van anderen?
Je slaat een topic juist dood door er dit soort gejatte lappen tekst tussen te zetten. Zet gewoon het punt neer dat je wilt maken, liefst in je eigen woorden. En voor wie zin heeft om op Wikipedia lappen tekst te gaan lezen zet je er gewoon een linkje neer. Door wat je nu doet jaag je mensen juist weg, met name nieuwkomers.
Je maakt een fout als je jouw persoonlijke mening las een feit gaat wegzetten. De reacties van anderen bevestigen mijn mening. Ik vind het heel jammer dat je je stoort aan mijn post omdat het (inderdaad) een hele lap tekst is, maar waarom veroordeel je de tekst terwijl je op geen enkel punt inhoudelijk ingaat?
Het gaat toch om de discussie, en niét om het aanvallen van anderen?