
Perverse prikkels in het onderwijs
donderdag 17 november 2011 om 09:29
Dit kabinet zet haar plannen door voor het invoeren van 'Perverse Prikkels' in het onderwijs. Terwijl het systeem van 'bonussen' in het bedrijfsleven zwaar onder vuur ligt, komt het kabinet Rutte met het idee zo ook het onderwijs in ons land verder naar de verdommenis te helpen.
Niet alleen het systeem, dat een open invitatie is voor corruptie en manipulatie, is pervers. Maar het is zo mogelijk nóg perverser dat er kennelijk wél geld is voor het scheppen van nóg meer administratie en toezicht, nodig om dit systeem op te tuigen, terwijl de docenten en onderwijzers al járen worden onderbetaald en overvraagd.
(De link verwijst naar een artikel uit de PVV-hoek, met een standpunt vóór meer overheid en ambtenarij. Vandaar dat ik in de OP mijn mening ook meteen geef. De argumenten vóór en tégen komen zo direct helder in beeld).
Niet alleen het systeem, dat een open invitatie is voor corruptie en manipulatie, is pervers. Maar het is zo mogelijk nóg perverser dat er kennelijk wél geld is voor het scheppen van nóg meer administratie en toezicht, nodig om dit systeem op te tuigen, terwijl de docenten en onderwijzers al járen worden onderbetaald en overvraagd.
(De link verwijst naar een artikel uit de PVV-hoek, met een standpunt vóór meer overheid en ambtenarij. Vandaar dat ik in de OP mijn mening ook meteen geef. De argumenten vóór en tégen komen zo direct helder in beeld).
zaterdag 19 november 2011 om 00:18
quote:Enn schreef op 18 november 2011 @ 00:27:
De man/vrouw voor de groep maakt in welk onderzoek naar leerresultaten van kinderen je ook kijkt, per defintie het verschil. Het staat of valt met de leerkracht voor de groep.
Klopt, en uit al die onderzoeken blijkt dat het opleidingsniveau van de leraar veruit de belangrijkste bepalende factor is.
Het onderwijsniveau is sterk achteruitgegaan en het lerarentekort sterk opgelopen sinds we in 1985 besloten hebben dat de inspanning om door te studeren voor een hogere bevoegdheid niet meer werd beloond. Voor grote groepen getalenteerde en hardwerkende mensen werd het leraarschap daardoor een stuk minder interessant.
Als je al voor prestatiebeloning wilt gaan, ga dan terug naar de situatie van voor de HOS-nota. Kwaliteitsverbetering in het onderwijs gegarandeerd, je hebt geen tijd- en geldrovend beoordelingscircus nodig en deelt de bonus ook nog eens uit op basis van een ultra-objectief criterium. Driemaal winst!
De man/vrouw voor de groep maakt in welk onderzoek naar leerresultaten van kinderen je ook kijkt, per defintie het verschil. Het staat of valt met de leerkracht voor de groep.
Klopt, en uit al die onderzoeken blijkt dat het opleidingsniveau van de leraar veruit de belangrijkste bepalende factor is.
Het onderwijsniveau is sterk achteruitgegaan en het lerarentekort sterk opgelopen sinds we in 1985 besloten hebben dat de inspanning om door te studeren voor een hogere bevoegdheid niet meer werd beloond. Voor grote groepen getalenteerde en hardwerkende mensen werd het leraarschap daardoor een stuk minder interessant.
Als je al voor prestatiebeloning wilt gaan, ga dan terug naar de situatie van voor de HOS-nota. Kwaliteitsverbetering in het onderwijs gegarandeerd, je hebt geen tijd- en geldrovend beoordelingscircus nodig en deelt de bonus ook nog eens uit op basis van een ultra-objectief criterium. Driemaal winst!

zaterdag 19 november 2011 om 02:57
Ik ben eigenlijk best voor het belonen naar prestatie, maar dan juist subjectief, niet objectief en binnen een bepaalde (kleine) bandbreedte. Het is namelijk bijna niet vast te stellen waar een goede leraar, laat staan een boven de norm presterende leraar aan zou moeten voldoen. Maar iedereen weet vaak wel wie de goede leraren zijn en wie de minder goede.
In de lagere regionen (lees: niet-management) van het bedrijfsleven gaat dat ook vaak zo. Ik ben zelf consultant en mijn collega's en mijn manager weten ook zonder targets echt wel wie net dat stapje meer doet, wie boven de norm presteert en wie voor 1+1=3 situaties zorgt en wie niet. Een goede prestatie heeft lang niet altijd met winstgevendheid/productiviteit/billability te maken. Dat betekent dat de ene net ¤200 (binnen dezelfde schaal) per maand meer verdient dan de ander. En dat is net iets waardoor je je gewaardeerd voelt en waardoor een ander zich een haalbaar doel kan stellen. Niet te vergelijken dus met bonussen in het hogere management.
Objectieve prestatiebeloningen lenen zich veel meer voor fraude en mismanagement dan subjectieve, zolang de flexibele beloningen maar een klein percentage van het basissalaris bevatten en degene die ze uitdeelt zich moet verantwoorden.
Uiteraard kun je dan nog voor je gevoel ondergewaardeerd worden, als dat een structureel gevoel is, dan kun je in zo'n situatie meestal beter naar een ander team uitkijken, waar je beter in past.
In de lagere regionen (lees: niet-management) van het bedrijfsleven gaat dat ook vaak zo. Ik ben zelf consultant en mijn collega's en mijn manager weten ook zonder targets echt wel wie net dat stapje meer doet, wie boven de norm presteert en wie voor 1+1=3 situaties zorgt en wie niet. Een goede prestatie heeft lang niet altijd met winstgevendheid/productiviteit/billability te maken. Dat betekent dat de ene net ¤200 (binnen dezelfde schaal) per maand meer verdient dan de ander. En dat is net iets waardoor je je gewaardeerd voelt en waardoor een ander zich een haalbaar doel kan stellen. Niet te vergelijken dus met bonussen in het hogere management.
Objectieve prestatiebeloningen lenen zich veel meer voor fraude en mismanagement dan subjectieve, zolang de flexibele beloningen maar een klein percentage van het basissalaris bevatten en degene die ze uitdeelt zich moet verantwoorden.
Uiteraard kun je dan nog voor je gevoel ondergewaardeerd worden, als dat een structureel gevoel is, dan kun je in zo'n situatie meestal beter naar een ander team uitkijken, waar je beter in past.
zaterdag 19 november 2011 om 07:58
Maar Vlinder, ik denk dat bij jullie de basis al op orde is: voldoende gegadigden voor vacatures, medewerkers hebben voldoende opleiding, er is geen hoog percentage burnouts en er zijn geen plannen om voor alle consultants de werkdruk te verhogen en het loon te bevriezen. Hoop ik althans voor jullie
Dat is een heel andere situatie. Bij de situatie in het onderwijs ga je er niet komen met 'net dat kleine beetje extra waardering'. Kijk natuurlijk is elke financiele meevaller op iemands bankrekening meegenomen, maar het gaat er niet om om kadootjes uit te delen, het gaat erom dat er beter onderwijs moet komen.
Vandaar ook dat de AOB als slogan hiertegen heeft gekozen voor 'geen bonus maar banen': investeer je in plaats van in prestatiebeloning in het behouden van die mensen die nu uit het passend onderwijs ontslagen zouden worden, dan kunnen de klassen kleiner (of in elk geval: ze worden niet nog groter) en de begeleiding van zorgleerlingen intensiever of in elk geval op peil blijven. Daar heeft elke leerling en elke leraar wat aan.
Hadden we in het onderwijs een enigszins normale situatie gehad, dan was ik het met je eens geweest hoor Dan had ik wellicht 'dat kleine beetje extra waardering' gekregen en me niet zo gefrustreerd gevoeld dat ik onbetaald hele zaterdagen met leerlingen op pad ging en aan het eind van de maand die collega die zich overal voor drukte meer betaald zag krijgen. Dus nee, ik ben niet tegen prestatiebeloning. Maar ik denk echt dat in het onderwijs eerst de basis op orde moet.
Dat is een heel andere situatie. Bij de situatie in het onderwijs ga je er niet komen met 'net dat kleine beetje extra waardering'. Kijk natuurlijk is elke financiele meevaller op iemands bankrekening meegenomen, maar het gaat er niet om om kadootjes uit te delen, het gaat erom dat er beter onderwijs moet komen.
Vandaar ook dat de AOB als slogan hiertegen heeft gekozen voor 'geen bonus maar banen': investeer je in plaats van in prestatiebeloning in het behouden van die mensen die nu uit het passend onderwijs ontslagen zouden worden, dan kunnen de klassen kleiner (of in elk geval: ze worden niet nog groter) en de begeleiding van zorgleerlingen intensiever of in elk geval op peil blijven. Daar heeft elke leerling en elke leraar wat aan.
Hadden we in het onderwijs een enigszins normale situatie gehad, dan was ik het met je eens geweest hoor Dan had ik wellicht 'dat kleine beetje extra waardering' gekregen en me niet zo gefrustreerd gevoeld dat ik onbetaald hele zaterdagen met leerlingen op pad ging en aan het eind van de maand die collega die zich overal voor drukte meer betaald zag krijgen. Dus nee, ik ben niet tegen prestatiebeloning. Maar ik denk echt dat in het onderwijs eerst de basis op orde moet.
zaterdag 19 november 2011 om 09:29
Ik ben eerlijk bang dat de zwakkere leerling juist de benadeelde is. Leraren zullen hem/haar niet in de klas willen of juist alles op alles zetten om dat kind hoge cijfers te geven terwijl die niet juist zijn.
En het gehandicapte kind heeft het al moeilijk in het "ze motten allemaal naar dezelfde school" systeem. die komen straks allemaal in één klasje terecht en wie wil ze lesgeven? Juist, want hun cijfers zullen niet de hoogste zijn.
Veel leraren geven al aan teveel leerlingen te hebben en een te grote druk te ervaren, daar moeten we ze nog even in helpen.
Ik vind trouwens wél dat leraren beter gewaardeerd mogen worden als ze goed presteren. Maar of dat met geld beloond moet worden weet ik niet. Misschien idd aan de school zelf of aan de leerlingen overlaten om een trimestriele super leraar te kiezen. Je zult versteld staan van de mening van leerlingen. Ze weten heel goed wie een goede leraar is en wie niet.
En het gehandicapte kind heeft het al moeilijk in het "ze motten allemaal naar dezelfde school" systeem. die komen straks allemaal in één klasje terecht en wie wil ze lesgeven? Juist, want hun cijfers zullen niet de hoogste zijn.
Veel leraren geven al aan teveel leerlingen te hebben en een te grote druk te ervaren, daar moeten we ze nog even in helpen.
Ik vind trouwens wél dat leraren beter gewaardeerd mogen worden als ze goed presteren. Maar of dat met geld beloond moet worden weet ik niet. Misschien idd aan de school zelf of aan de leerlingen overlaten om een trimestriele super leraar te kiezen. Je zult versteld staan van de mening van leerlingen. Ze weten heel goed wie een goede leraar is en wie niet.
zaterdag 19 november 2011 om 10:39
Enn, talloze onderzoeken wijzen uit dat geld niet motiveert, maar corrumpeert. Motivatie haal je uit het succes van je aanpak. De waardering van leerlingen en ouders, en de bewondering van collega's. Daarbij heeft iedere docent of onderwijzer zijn of haar eigen aanpak, die hij of zij ook nog eens flexibel aanpast aan het type leerling, en de groep, zonder rekening te hoeven houden met de 'hoepeltjes' waar de hardwerkende werknemer door moet springen teneinde zijn/haar salaris op peil te houden. 'Hoepeltjes' geconstrueerd door toezichthouders, werkgroepen, controleurs, adviesorganen en beleidsmedewerkers die nog nooit voor de klas hebben gestaan.
In het bedrijfsleven is het niet anders. Vakmensen vegen hun derrière af met de richtlijnen en beoordelingen van loopbaan-konijnen, die van management-post naar management-post springen, en overal een verwoestende uitwerking hebben, omdat hun 'targets' de grafkuilen voor hun opvolgers en concurrenten zijn. Ik heb lang genoeg in dat wereldje rond gekeken om te weten hoe het werkt: Je laat iets totaal verpieteren, hoewel je weet hoe je het op moet lossen. En het volgende jaar maak je daar, in overleg met de 'auditeur', je 'target' van. En 'in the pocket', die bonus! Vakmensen, met hart voor hun werk, kotsen op dat soort types. Ronkende teksten in steeds weer nieuwe publicaties, uitgedacht door PR-types. En onderlinge guerilla's om elkaar 'kostenplaatsen' toe te schuiven, en de projecten van concurrenten de vernieling in te helpen. Allemaal voor het geld.
In het bedrijfsleven is het niet anders. Vakmensen vegen hun derrière af met de richtlijnen en beoordelingen van loopbaan-konijnen, die van management-post naar management-post springen, en overal een verwoestende uitwerking hebben, omdat hun 'targets' de grafkuilen voor hun opvolgers en concurrenten zijn. Ik heb lang genoeg in dat wereldje rond gekeken om te weten hoe het werkt: Je laat iets totaal verpieteren, hoewel je weet hoe je het op moet lossen. En het volgende jaar maak je daar, in overleg met de 'auditeur', je 'target' van. En 'in the pocket', die bonus! Vakmensen, met hart voor hun werk, kotsen op dat soort types. Ronkende teksten in steeds weer nieuwe publicaties, uitgedacht door PR-types. En onderlinge guerilla's om elkaar 'kostenplaatsen' toe te schuiven, en de projecten van concurrenten de vernieling in te helpen. Allemaal voor het geld.
zondag 20 november 2011 om 00:05
quote:jaap schreef op 19 november 2011 @ 10:39:
Enn, talloze onderzoeken wijzen uit dat geld niet motiveert, maar corrumpeert. Motivatie haal je uit het succes van je aanpak. De waardering van leerlingen en ouders, en de bewondering van collega's....
geld.
dit is dus precies de instelling die de positie van de leraar( en dus het onderwijs) naar de knoppen heeft geholpen. Eens was een leraar iemand die veel verdiende, iemand die behoorde tot de bovenlaag. In die tijd liepen docenten in pak of mantelpak en zaten op een podium. Ergens tussen toen en nu is de leraar veranders in een zieligerd, meester Jan, gekleed in een spijkerbroek en monder verdienend dan de meeste ouders van de kinderen die hij lesgeeft. Woonde de leraar ooit op stand, nu woont hij gewoon bij je om de hoek. Tegelijk met allerlei noodmaatregelen (alle docenten van mijn generatie hebben nog nachtmerries van de HOS) is her podium uit her lokaal gesloopt.
Kom op zeg, waarom zou iemand die het hele weekeinde zit na te kijken en zich uitslooft om goede en zinnige lessen voor te bereiden, zich gelukkig moeten voelen mer de waardering van ouders en leerlingen. Waarom verdwijnen alle kanjers uit het onderwijs? Her starrsalaris is nu best aardig, maar er zijn totaal geen carrieremogelijkheden. Bonussen, extra periodieken, loon naar prestatie ( die echt wel te meten is en echt niet alleen d.m.v. de cijfers van de leerlingen) , het zijn prima manieren om her image van de docent weer op te schroeven en de talenten terugbte krijgen voor de klas.
Enn, talloze onderzoeken wijzen uit dat geld niet motiveert, maar corrumpeert. Motivatie haal je uit het succes van je aanpak. De waardering van leerlingen en ouders, en de bewondering van collega's....
geld.
dit is dus precies de instelling die de positie van de leraar( en dus het onderwijs) naar de knoppen heeft geholpen. Eens was een leraar iemand die veel verdiende, iemand die behoorde tot de bovenlaag. In die tijd liepen docenten in pak of mantelpak en zaten op een podium. Ergens tussen toen en nu is de leraar veranders in een zieligerd, meester Jan, gekleed in een spijkerbroek en monder verdienend dan de meeste ouders van de kinderen die hij lesgeeft. Woonde de leraar ooit op stand, nu woont hij gewoon bij je om de hoek. Tegelijk met allerlei noodmaatregelen (alle docenten van mijn generatie hebben nog nachtmerries van de HOS) is her podium uit her lokaal gesloopt.
Kom op zeg, waarom zou iemand die het hele weekeinde zit na te kijken en zich uitslooft om goede en zinnige lessen voor te bereiden, zich gelukkig moeten voelen mer de waardering van ouders en leerlingen. Waarom verdwijnen alle kanjers uit het onderwijs? Her starrsalaris is nu best aardig, maar er zijn totaal geen carrieremogelijkheden. Bonussen, extra periodieken, loon naar prestatie ( die echt wel te meten is en echt niet alleen d.m.v. de cijfers van de leerlingen) , het zijn prima manieren om her image van de docent weer op te schroeven en de talenten terugbte krijgen voor de klas.
zondag 20 november 2011 om 11:24
Uit: 'Het Zand in de Machine', Chris van der Heijden (2007, ISBN 978-90-254-2678-1)
Het verdriet van Leo B.
Leo B. wil alleen praten als ik beloof dat niemand zijn woorden herkent. (..)
'Waarom zo bang?', vraag ik.
'Omdat het me mijn baan kost', antwoordt hij.(..)
'Dat klinkt vreselijk', zeg ik. 'En ook een beetje pathetisch.'
'Het is vreselijk', zegt hij. 'Zelfs meer dan dat. En was het maar pathetisch. Dan konden we er wellicht nog om lachen - of huilen. Nu is het alleen maar uitzichtloos. Temeer omdat je er niet eens over kunt praten zonder gevaar te lopen. Het lijkt de Sovjet-Unie wel. En geloof me, voegt hij er aan toe, al mijn collega's, zeker de oudere, zeggen of denken ongeveer hetzelfde. (..) Werken op deze manier is stomvervelend, geestdodend, frustrerend en onproductief. Een en al tijdverlies, papiervullerij, ge-o.h., aanstellerij. (..)
'Je kunt toch protesteren', werp ik tegen. 'Jullie zijn stuk voor stuk hoog opgeleid. Dat laat je toch niet gebeuren.' (..)
Dat kan. Graag zelfs. Maar de democratie is volstrekt verkankerd. De lijnen tussen protest en plan, besluit en uitvoering zijn zo complex dat alles pasta wordt. Het systeem onderhoudt zichzelf. Het is inderdaad net de Sovjet-Unie. Maar dan erger. Want iedereen is hier zijn eigen Stalin.
'Overdrijf je niet een beetje?'
'Overdreef ik maar. Ik zal je een voorbeeld geven. Toen ik hier - een hogeschool - een jaar of vijfentwintig geleden kwam werken was er één roosteraar. Dat was dezelfde persoon die de cijfers invoerde en de leerlingenadministratie bijhield. Een ontspannen persoon die altijd tijd had voor een praatje. Je vertelde hem vóór de zomer wanneer je het liefst je lessen draaide, leverde na elk trimester een blaadje met de cijfers in en..... Nee, niks en. Dat was het. Er ging wel eens wat fout. Natuurlijk. De roosters kwamen te laat. Er viel een leerling tussen wal en schip. Maar de oplossing was altijd hetzelfde. Je liep naar de persoon in kwestie, besprak het probleem en nam gezamenlijk een besluit. Probleem opgelost.'
'Maar hing het proces dan niet te veel af van jullie eigenzinnigheid? Jullie konden doen wat jullie wilden. Geen objectieve criteria. Geen controle.'
'Dat is waar. Maar waarom zou dat een probleem zijn? Voor het oplossen van dergelijke problemen zijn we aangesteld. Dat is ons specialisme. Hij de administratie, ik het onderwijs, samen vormden we een perfect koppel. Er is, je hebt gelijk, zeker wel eens iets fout gegaan, ik heb me vast wel 's laten leiden door persoonlijke voor- of afkeur maar ik ben, denk ik, een goede docent en ik houd van m'n leerlingen. Wat heb je nog meer nodig? Maar moet je nu kijken. Tegenwoordig zitten er twintig mensen op het bureau waar de roosters worden gemaakt en de cijfers worden bijgehouden. De meesten van hen hebben geen idee wat ze doen. Allemaal lieve meisjes die van het uitzendbureau of rechtstreeks uit de schoolbanken komen. Hun taak is in beginsel eenvoudig want zo geautomatiseerd, gestandaardiseerd, gedigitaliseerd of anderszins in processen ondergebracht dat de arme kinderen niets anders hoeven te doen dan wat cijfers, codes of formules in een sheet of digitaal bestand invoeren, die sheet te saven en de gesavede sheet vervolgens op het internet te plaatsen.'
'Dat klinkt goed.'
'Inderdaad, het klinkt goed maar het is slecht, heel slecht. Het kind begrijpt niet wat ze doet, ik begrijp het evenmin en de leerlingen begrijpen er nog minder van. Het enige wat de leerling wil weten is zijn cijfer. Dat is ook het enige wat op dat moment voor mij van belang is. Er zijn tien cijfers mogelijk, van 1 tot 10. Dat kan toch niet zo moeilijk zijn. Maar wat je krijgt.....'
Leo B. haalde een spreadsheet tevoorschijn dat er buitengewoon professioneel uitzag. Het stond vol blokjes en cijfers en kreten en losse letters. 'Kijk....' Hij wees op de volgende afbeelding:
__________________________________________
Buiten analyse:
__________________________________________
Deelnemers
__________________________________________
In analyse 31
__________________________________________
__________________________________________
Benaamd: 30
__________________________________________
Kandidaten
__________________________________________
Tentamens <geen>
__________________________________________
Voor benaming: 4432 Zonder codetolerantie
__________________________________________
'Wat moet ik hier nu mee? Codetolerantie? Benaamd? En hoezo 31 in analyse? Ik heb die woorden eerst opgezocht in het woordenboek. Ze staan er niet in. Toen ben ik naar dat lieve meisje op kantoor gegaan met het verzoek of ze mij een en ander kon uitleggen. Dat kon ze niet. Ze had alleen de cijfers ingetikt en op save gedrukt. Nee, uitleggen kon alleen weetikveelwie maar die was op vakantie of in vergadering, dus of ik maar even wilde wachten......'
'Maar later begreep je het dus wel?'
'Ja. Nee. Ik hoef het helemaal niet te begrijpen. Het lijkt me heel goed dat ze dit soort statistieken bijhouden. Niet voor mij. Voor het overzicht of de inspectie of wie dan ook. Maar dan moeten de cijfers wel kloppen. En dat is het ergste. Dat doen ze niet. Dat doen ze bijna nooit. De verklaring is hetzelfde. Het arme kind van het bureau moet ze intikken. Maar omdat ze geen idee heeft wat ze intikt en bovendien met haar hoofd bij haar vriendje zit - geef haar eens ongelijk, het is stompzinnig werk - slaat ze wel eens een cijfertje over. Daardoor verschuift de hele kolom en krijgen alle leerlingen een verkeerd cijfer. Vervolgens sturen die mij een boze mail. Met die mail ga ik naar het meisje. Zij heeft ondertussen geen autorisatie meer om het document te veranderen. Degene die een dergelijke autorisatie wel heeft, is op een driedaagse managerscursus en dus......'
'Dus?'
'Wil je meer horen? Hoeveel tijd heb je? Nee. de conclusie die ik uit dit alles getrokken heb, jaren geleden al, is dat ik voor mijn werk alleen het hoognodige doe en me verder toeleg op het kweken van rozen. Ze zijn prachtig, die rozen. En ze ruiken....heerlijk!'
Het bovenstaande is één (ingekort) hoofdstuk uit dit magistrale boekje over de Nederlandse management-cultuur, die niet alleen in het bedrijfsleven, maar ook in het onderwijs en de gezondheidszorg alles dreigt te verstikken. En bovendien al het geld opzuigt dat de leerkrachten, het verplegend personeel, en de werknemers 'op de vloer' toekomt. En de roep om een bonuscultuur in het onderwijs, is een open invitatie aan nóg meer onzin-met-een-verlengsnoer, dat als een loden bal aan onze economie hangt, en de arbeidsvreugde van de mensen die écht werken, compleet naar de gallemiezen helpt.
Het verdriet van Leo B.
Leo B. wil alleen praten als ik beloof dat niemand zijn woorden herkent. (..)
'Waarom zo bang?', vraag ik.
'Omdat het me mijn baan kost', antwoordt hij.(..)
'Dat klinkt vreselijk', zeg ik. 'En ook een beetje pathetisch.'
'Het is vreselijk', zegt hij. 'Zelfs meer dan dat. En was het maar pathetisch. Dan konden we er wellicht nog om lachen - of huilen. Nu is het alleen maar uitzichtloos. Temeer omdat je er niet eens over kunt praten zonder gevaar te lopen. Het lijkt de Sovjet-Unie wel. En geloof me, voegt hij er aan toe, al mijn collega's, zeker de oudere, zeggen of denken ongeveer hetzelfde. (..) Werken op deze manier is stomvervelend, geestdodend, frustrerend en onproductief. Een en al tijdverlies, papiervullerij, ge-o.h., aanstellerij. (..)
'Je kunt toch protesteren', werp ik tegen. 'Jullie zijn stuk voor stuk hoog opgeleid. Dat laat je toch niet gebeuren.' (..)
Dat kan. Graag zelfs. Maar de democratie is volstrekt verkankerd. De lijnen tussen protest en plan, besluit en uitvoering zijn zo complex dat alles pasta wordt. Het systeem onderhoudt zichzelf. Het is inderdaad net de Sovjet-Unie. Maar dan erger. Want iedereen is hier zijn eigen Stalin.
'Overdrijf je niet een beetje?'
'Overdreef ik maar. Ik zal je een voorbeeld geven. Toen ik hier - een hogeschool - een jaar of vijfentwintig geleden kwam werken was er één roosteraar. Dat was dezelfde persoon die de cijfers invoerde en de leerlingenadministratie bijhield. Een ontspannen persoon die altijd tijd had voor een praatje. Je vertelde hem vóór de zomer wanneer je het liefst je lessen draaide, leverde na elk trimester een blaadje met de cijfers in en..... Nee, niks en. Dat was het. Er ging wel eens wat fout. Natuurlijk. De roosters kwamen te laat. Er viel een leerling tussen wal en schip. Maar de oplossing was altijd hetzelfde. Je liep naar de persoon in kwestie, besprak het probleem en nam gezamenlijk een besluit. Probleem opgelost.'
'Maar hing het proces dan niet te veel af van jullie eigenzinnigheid? Jullie konden doen wat jullie wilden. Geen objectieve criteria. Geen controle.'
'Dat is waar. Maar waarom zou dat een probleem zijn? Voor het oplossen van dergelijke problemen zijn we aangesteld. Dat is ons specialisme. Hij de administratie, ik het onderwijs, samen vormden we een perfect koppel. Er is, je hebt gelijk, zeker wel eens iets fout gegaan, ik heb me vast wel 's laten leiden door persoonlijke voor- of afkeur maar ik ben, denk ik, een goede docent en ik houd van m'n leerlingen. Wat heb je nog meer nodig? Maar moet je nu kijken. Tegenwoordig zitten er twintig mensen op het bureau waar de roosters worden gemaakt en de cijfers worden bijgehouden. De meesten van hen hebben geen idee wat ze doen. Allemaal lieve meisjes die van het uitzendbureau of rechtstreeks uit de schoolbanken komen. Hun taak is in beginsel eenvoudig want zo geautomatiseerd, gestandaardiseerd, gedigitaliseerd of anderszins in processen ondergebracht dat de arme kinderen niets anders hoeven te doen dan wat cijfers, codes of formules in een sheet of digitaal bestand invoeren, die sheet te saven en de gesavede sheet vervolgens op het internet te plaatsen.'
'Dat klinkt goed.'
'Inderdaad, het klinkt goed maar het is slecht, heel slecht. Het kind begrijpt niet wat ze doet, ik begrijp het evenmin en de leerlingen begrijpen er nog minder van. Het enige wat de leerling wil weten is zijn cijfer. Dat is ook het enige wat op dat moment voor mij van belang is. Er zijn tien cijfers mogelijk, van 1 tot 10. Dat kan toch niet zo moeilijk zijn. Maar wat je krijgt.....'
Leo B. haalde een spreadsheet tevoorschijn dat er buitengewoon professioneel uitzag. Het stond vol blokjes en cijfers en kreten en losse letters. 'Kijk....' Hij wees op de volgende afbeelding:
__________________________________________
Buiten analyse:
__________________________________________
Deelnemers
__________________________________________
In analyse 31
__________________________________________
__________________________________________
Benaamd: 30
__________________________________________
Kandidaten
__________________________________________
Tentamens <geen>
__________________________________________
Voor benaming: 4432 Zonder codetolerantie
__________________________________________
'Wat moet ik hier nu mee? Codetolerantie? Benaamd? En hoezo 31 in analyse? Ik heb die woorden eerst opgezocht in het woordenboek. Ze staan er niet in. Toen ben ik naar dat lieve meisje op kantoor gegaan met het verzoek of ze mij een en ander kon uitleggen. Dat kon ze niet. Ze had alleen de cijfers ingetikt en op save gedrukt. Nee, uitleggen kon alleen weetikveelwie maar die was op vakantie of in vergadering, dus of ik maar even wilde wachten......'
'Maar later begreep je het dus wel?'
'Ja. Nee. Ik hoef het helemaal niet te begrijpen. Het lijkt me heel goed dat ze dit soort statistieken bijhouden. Niet voor mij. Voor het overzicht of de inspectie of wie dan ook. Maar dan moeten de cijfers wel kloppen. En dat is het ergste. Dat doen ze niet. Dat doen ze bijna nooit. De verklaring is hetzelfde. Het arme kind van het bureau moet ze intikken. Maar omdat ze geen idee heeft wat ze intikt en bovendien met haar hoofd bij haar vriendje zit - geef haar eens ongelijk, het is stompzinnig werk - slaat ze wel eens een cijfertje over. Daardoor verschuift de hele kolom en krijgen alle leerlingen een verkeerd cijfer. Vervolgens sturen die mij een boze mail. Met die mail ga ik naar het meisje. Zij heeft ondertussen geen autorisatie meer om het document te veranderen. Degene die een dergelijke autorisatie wel heeft, is op een driedaagse managerscursus en dus......'
'Dus?'
'Wil je meer horen? Hoeveel tijd heb je? Nee. de conclusie die ik uit dit alles getrokken heb, jaren geleden al, is dat ik voor mijn werk alleen het hoognodige doe en me verder toeleg op het kweken van rozen. Ze zijn prachtig, die rozen. En ze ruiken....heerlijk!'
Het bovenstaande is één (ingekort) hoofdstuk uit dit magistrale boekje over de Nederlandse management-cultuur, die niet alleen in het bedrijfsleven, maar ook in het onderwijs en de gezondheidszorg alles dreigt te verstikken. En bovendien al het geld opzuigt dat de leerkrachten, het verplegend personeel, en de werknemers 'op de vloer' toekomt. En de roep om een bonuscultuur in het onderwijs, is een open invitatie aan nóg meer onzin-met-een-verlengsnoer, dat als een loden bal aan onze economie hangt, en de arbeidsvreugde van de mensen die écht werken, compleet naar de gallemiezen helpt.