Werk & Studie alle pijlers

Oke, toch een nieuw onderwerp wat betreft schrijven...

08-02-2008 22:14 614 berichten
Alle reacties Link kopieren
...van artikelen en columns. Ik weet van Mastermind en Lindy dat zij op dit gebied succesvol zijn, en hoewel ik erg lang in het ongewisse ben gebleven betreffende wat nu toch te willen worden, kom ik toch terug op mijn jeugdwens: schrijfster worden.



Ten tijde van de digiwebstrijd (tweede plaats, grmbl) hebben enkele mensen mij over de streep moeten trekken om mee te doen. Alleen had ik het nooit aangedurfd, faalangst en vermeende onkunde. Nu ben ik best een leuk schrijvertje hoor, en kan ik behoorlijk goed argumenteren. Maar ik ben niet meer dan een middelmootje, en zie dat graag veranderen. In mijn zelfmedelijdende act van vandaag heb ik -tot mijn schaamte- insgeschreven voor een cursus schrijven bij de LOI. Staat iig best leuk op je CV, denk ik dan maar.



Ook heb ik veel magazines gecontacteerd, waaronder Psychologie Magazine en damesbladen. Columns, stukken met een bepaald thema, het maakt me niet uit, zolang ik maar een soort van schrijversportfolio kan samenstellen. Uiteindelijk, na afstuderen, wordt er natuurlijk ook wel een beetje verwacht een filosofisch getint boekje te schrijven. Ook heb ik plannen om een boek over mijn leven te schrijven, over hoereren en over de rest van mijn roerig leven. Probleem is, dat ik niet durf. Tips, schoppen onder mijn bevallige derriere of andersoortige posts zijn van harte welkom. Ik wil hier niet klagen over mijn onkunde, maar vooruit kijken. Al is dat toch een beetje lastig, omdat ik mij tov velen minderwaardig voel (en dat voor iemand die erg knap is en buitengewoon intelligent en avontuurlijk).



Wie helpt mij op weg?
anoniem_60552 wijzigde dit bericht op 08-02-2008 22:15
Reden: nou, mijn eerste typo is alweer binnen
% gewijzigd
Alle reacties Link kopieren
Int schreef op 14 februari 2008 @ 18:06:

Als het volmaakte komt



"Alles is liefde, aaaallllees is liefde," zingt Bløf me wakker. Nog half in slaap bedenk ik me dat wakker worden met Bløf geen liefde is. Tenzij echt alles liefde is, natuurlijk. De gedachte fascineert me. Ik weet niet wat liefde is en heb me dat al vaak afgevraagd. Zou ik het herkennen als ik het tegenkom? Is het echt?

Ik ga op mijn rug liggen. Terwijl mijn ogen op de lamp vallen, neem ik in gedachten aan dat alles liefde is. Dan is die lamp ook liefde. Mijn gewone doordeweekse Dat is dubbelop rijstlamp die ik voor een prikkie bij de Xenos heb gekocht, is liefde. Als ik die lamp vastpak, hou ik liefde vast. Zou het zo eenvoudig zijn? Ik ben nog te loom om op te staan, maar als de lamp liefde is, dan is mijn deken dat ook. En de lucht. Ik steek mijn handen omhoog, grijp in de lucht en bekijk de inhoud van mijn handen. Niets. Alles is liefde en liefde is niets. Hier kom ik niet verder mee. Op dat moment besluit ik de liefde te zoeken.



In deze moderne tijden begint elke zoektocht op google, dus ook mijn zoektocht naar liefde. De zoekterm 'liefde' geeft het maximum aantal hits. Snel scroll ik door de eerste pagina's heen en ik zie drie steeds terugkerende categorieën: Seks, familie, en het geloof. Daar moet ik dus zoeken. Ik besluit bij de familie te beginnen en bel mijn moeder.



"Hoi mam, met mij."

"Jij! Waarom bel jij me? Is er iets gebeurd?"

"Nee hoor, ik bel zo maar, of eigenlijk om uit te vinden of je van me houdt, of ik van jou," weet ik uit te brengen.

Ik hoor haar zuchten.

"Heb je weer rare gedachten in je hoofd? Ik had je toch gezegd dat ik niet meer wil dat je me belt. Tenzij er iets ergs is. Iets met de familie of zo. Verder wil ik je niet horen en niet zien, je bent te raar, ik ben klaar met jou."

Ze hangt op zonder af te sluiten. Alleen bellen als er iets ergs is, dat voelt niet als liefde. Ik schrap familie van mijn lijstje.



"Was dit nou liefde?" vraag ik aan de dame van lichte zeden terwijl ik het geld neer leg. Ze lacht.

"Nee jongen, dit was geen liefde, dit was sex."

"Maar is sex geen liefde dan?"

Ze kijkt me onderzoekend aan.

"Goed, dan was dit liefde, zolang je me er maar voor betaalt."

Ik twijfel, zo gemakkelijk kan het niet zijn.

"Ik laat het er maar bij," antwoord ik, "maar bedankt voor je eerlijkheid." Je laat het er maar bij? Wat laat je er bij?

Als ik bij de deur sta, zegt ze:

"Waarom ga je niet naar de McDonalds, die is een eindje verderop."

"De McDonalds? Wat moet ik daar?"

"Eten, natuurlijk. Je bent toch op zoek naar liefde? Bij een man schijnt die door de maag te gaan."

Ik geef haar 20 euro extra en vertrek richting centrum.



Laat ik daar kort over zijn, eten is geen liefde. Tenminste, niet bij de McDonalds. Van het eten voel ik me beroerd Ik zou schrijven 'van het eten daar wordt ik beroerd', het personeel heeft nauwelijks aandacht voor me, mijn medemensen zijn luidruchtig en morsen frisdrank over mij Het gebruik van 'mijn medemensen' en 'over mij' is niet zo mooi in 1 zin, alles is standaard, voorverpakt en lauw en aan het eind ben ik vooral plakkerig en zout. Dat ik niet weet wat liefde is, betekent niet dat ik niet weet wat geen liefde is 'dat ik niet weet wat liefde niet is'. Liefde is niet alles en niet alles is liefde, zoveel is me duidelijk. Bløf slaat de plank daar gewoon mis. En waarom ook niet punt, als je je levenslessen uit liedteksten haalt, hoe sneu ben je dan? Ik schrap eten en sex van mijn lijstje.



Alleen God blijft over. Maar God heb ik al eens gezocht. God is overal, alomtegenwoordig, eeuwig en almachtig. Waarom zie ik hem dan niet, waarom kan ik hem niet vinden? Dagenlang heb ik gedwaald, gevraagd, gezocht maar ondanks zijn alomtegenwoordigheid kwam ik hem niet tegen. Hier zou ik 2 zinnen van maken. Eigenlijk net als nu met de liefde.



Dan valt het kwartje.



God is liefde! Ze zijn allebei tegelijk alles en onvindbaar. Dezelfde paradox vraagt om dezelfde oplossing. Nog één keer pak ik de Bijbel er bij.

"Al ware het, dat ik profetische gaven had, en alle geheimenissen en alles, wat te weten is, wist, en al het geloof had, zodat ik bergen verzette, maar ik had de liefde niet, ik ware niets," lees ik. Maar ik geloof niet meer. Ik heb de liefde niet, maar ben zeker niet niets, ik ben gelukkig met wie ik ben en dat is voor mij voldoende. Vanaf nu geloof ik niet meer in God of in liefde. Ik geloof in geluk. Dat is tenminste vindbaar.




Sterke laatste 2 zinnen Int.

Ik durfde eerst niet zo goed feedback op jouw stuk te geven omdat jij veel meer ervaring hebt. Maar hier kan ik ook weer van leren. En wie weet heb je er iets aan.

Ik vond het een leuk stuk!
Alle reacties Link kopieren
fashionvictim schreef op 14 februari 2008 @ 22:58:

'Snap je het dan niet?'

Ik kijk hem aan, zo lang dat het lijkt alsof de wereld alleen nog maar uit zijn bruine ogen bestaat. Zijn lieve bruine ogen, waar ik zo vaak een zweem groen in denk te zien. Mijn stem hapert.

'Ik kan het niet.'

Het is nauwelijks verstaanbaar, dus ik haal adem en zeg het hardop nog een keer.

'Ik kan het niet.'

De gekwetste blik waarmee hij me soms aankijkt is op slag terug. Wat ben ik ook een trut.



'Het ligt niet aan jou. Tim... hè verdomme, Timmy heeft me verpest. Ik bedoel, het zou nooit goed gaan. Het is alsof jij uit Family Ties komt en ik uit Married with Children. Weet ik het. Scarface meets Titanic. Het kan gewoon niet, okee?'



Ik wou dat hij boos werd. Hij komt dichterbij, waardoor ik zijn adem over mijn wang voel strijken. Als ik nu naar voren leun val ik in de holte van zijn schouder. Hij ruikt altijd naar wasverzachter en doucheschuim en naar hem. Aarzelend tilt hij zijn arm op, alsof hij het haar uit mijn gezicht wil vegen. Ik doe een stap naar achter. Verbaasd kijkt hij naar de hand die vlakbij mijn gezicht roerloos in de lucht hangt. Alsof hij zelf niet begrijpt dat hij zelfs nu nog voor me wil zorgen. Ik sluit mijn ogen, probeer hem met mijn gedachten te dwingen zijn beweging af te maken. Als ik het maar hard genoeg wens, dan hoef ik niet meer weg. Nog een stap naar voren, eentje maar, zodat ik me kan begraven in de werkelijkheid die hij is.

Hij zucht.

'Als ik nu ga, zie je me nooit meer terug.'



Jezus, wat een deja-vu. Het was in ons huis op de Kostverlorenkade. We hadden ruzie en ik zei dat hij weg moest gaan. Tim had alleen gezegd dat ik hem nooit meer terug zou zien. Dezelfde woorden.

Ik had hem niet laten gaan. Ik liet hem naar beneden lopen en wachtte tot hij in zijn auto was gestapt. En toen rende ik naar beneden, de tranen stromend over mijn wangen. Mijn slippertjes klepperden op de stoep, achter zijn stapvoets rijdende auto aan. Terwijl ik huilend zei dat ik niet wilde dat hij ging, wist ik dat we allebei deden alsof. Koning en koningin in onze eigen soap. Zelfs het weer speelde ons spelletje mee. Het miezerde. Mijn t-shirt plakte tegen mijn borsten terwijl hij me optilde en ik hem zoende, zoende, zoende alsof mijn leven ervan afhing.

Oscar voor de beste regie.



Hij kijkt me nog steeds met die gepijnigde blik aan. Ik wil een sigaret opsteken, maar hij haat roken. Roken is voor losers die zich geen houding weten te geven. Of voor mensen met een death wish. Hij zou het opvatten als een fuck you.

Onwillekeurig gaan mijn gedachten terug naar die boodschap op mijn antwoordapparaat. De een na laatste boodschap die Tim ooit insprak. 'Doe verdomme niet zo koppig. Je zit zeker weer duizend sigaretjes te roken en kwaad te kijken. Ik weet precies hoe je er nu bijzit, en ik weet ook al wat je gaat zeggen, dus je kan net zo goed opnemen. Dan zeg jij dat je er geen zin meer in hebt, dan ga ik effe schelden, dan scheld jij terug, en dan ga ik lachen. En je weet zelf dat jij dan ook moet lachen, dus we kunnen net zo goed daar beginnen.'

Zijn gelach had me er bijna toe verleid om toch op te nemen. Mezelf vervloekend omdat ik ook lachte, had ik uit protest snel mijn sigaret uitgedrukt.



God, wat snak ik naar een sigaret. Naar de geur van tabak en zonnebrandcrème en leer. Naar de lachrimpeltjes rond zijn groene ogen. Het verlangen snijdt door mijn hart, mijn maag, mijn longen, vreet mijn ingewanden op als een kankergezwel dat alles stuk maakt. En het enige wat helpt is verdrinken in de geur van wasverzachter en doucheschuim en hem. Red me.



Alsjeblieft, red me. In plaats daarvan zeg ik:

'Het spijt me. Ik wou dat het anders was.'

Zwijgend draait hij zich om. Bij de deur kijkt hij me aan.

'Het ga je goed, Lotjelief.'

Ik krimp ineen en fixeer mijn blik op zijn borst. Zelfs die straalt verdriet uit. Hij heeft de deurklink al in zijn hand.

'Ik hoop echt dat je ooit weer gelukkig wordt.'

Met een zachte klik doet hij de deur achter zich dicht. Ik hoor zijn voetstappen wegsterven op de trap. De benedendeur valt hard in het slot.

Ik loop naar de deur, maar doe hem niet open. Zuchtend leun ik ertegenaan. Bij het geluid van zijn startende auto, komen de tranen.

The End.
Jemig FV, hier heb ik echt niks op aan te merken. Ik vind het reuze goed! Wauw!
Alle reacties Link kopieren
Zo, ik heb nu op 7 stukken feedback gegeven. Ik vind het leuk om te doen! Om zo met taal bezig te zijn.

Mijn stuk staat op pagina 9. Ik zou het fijn vinden als jullie daar ook feedback op willen geven. :)



Nu maar eens richting mijn bed.
Alle reacties Link kopieren
Moondancer schreef op 14 februari 2008 @ 10:26:

Hier dan mijn verhaaltje over de liefde. Ik kijk uit naar jullie feedback.



Vandaag zou ik het gaan doen. Dat heb ik plechtig aan mijn vriendinnen moeten beloven. Die werden natuurlijk gek van mijn constante gepraat over hem. ‘Als je gaat wachten tot hij je aanspreekt gebeurd er nooit wat’. En ze hebben meestal gelijk.

Ik hang mijn jas op en loop naar mijn bureau. Vanuit mijn ooghoeken kijk ik of hij er al is. De matglazen wand maakt het moeilijk iets te onderscheiden. In mijn poging een glimp van hem op te vangen loop ik nonchalant naar het koffieapparaat. Mijn hart mist een slag wanneer zijn silhouet zichtbaar wordt. Wat is hij toch prachtig, zelfs achter die wand.

Ik haal diep adem en dwing mezelf naar de deur van zijn kantoor. Ik heb geen plan. Even blijf ik stilstaan maar dan klop ik aan. Zijn gezicht is een mengeling van vriendelijkheid en lichte verbazing. ‘Kan ik je ergens mee van dienst zijn?’ Zijn woorden galmen na in mijn hoofd. Ik glimlach en loop zo charmant mogelijk naar zijn bureau. Terwijl hij me afwachtend aankijkt komt een lichte paniek in me op. Wat moet ik zeggen? Waarom heb ik dit niet geoefend? ‘Heb je een fijn weekend gehad?’ hoor ik mezelf zeggen. Terwijl hij verteld over een tentoonstelling probeer ik snel een excuus te vinden om hem mee uit te vragen. ‘Die tentoonstelling klinkt erg interessant! Ik ben laatst nog naar een exhibitie van hem geweest’. Dat ik eigenlijk alleen de folder heb gezien doet er even niet toe. ‘Ik vroeg me af of je…’. Niet vergeten te ademen. ‘Ik vroeg me af of het je leuk lijkt na het werk wat te gaan drinken?’ Mijn hart klopt als een gek terwijl ik probeer de indruk te wekken dat ik me hier volkomen op mijn gemak voel. Hij lacht verrast. ‘Ja dat lijkt me erg leuk. Dan kun je me vertellen over die exhibitie’. Ik antwoord iets wat hopelijk charmant klinkt en loop achterwaarts zijn kantoor uit. Even lijkt mijn hartslag wat te vertragen maar dan loop ik snel naar mijn computer. Ik heb 7 uur om informatie over die exhibitie te vinden!
Moondancer schreef op 14 februari 2008 @ 10:26:

Hier dan mijn verhaaltje over de liefde. Ik kijk uit naar jullie feedback.



Vandaag zou ik het gaan doen. Dat heb ik plechtig aan mijn vriendinnen moeten beloven. Die werden natuurlijk gek van mijn constante gepraat over hem. ‘Als je gaat wachten tot hij je aanspreekt gebeurd er nooit wat’. En ze hebben meestal gelijk.

Ik hang mijn jas op en loop naar mijn bureau. Vanuit mijn ooghoeken kijk ik of hij er al is. De matglazen wand maakt het moeilijk iets te onderscheiden. In mijn poging een glimp van hem op te vangen loop ik nonchalant naar het koffieapparaat. Mijn hart mist een slag wanneer zijn silhouet zichtbaar wordt. Wat is hij toch prachtig, zelfs achter die wand.

Ik haal diep adem en dwing mezelf naar de deur van zijn kantoor. Ik heb geen plan. Even blijf ik stilstaan maar dan klop ik aan. Zijn gezicht is een mengeling van vriendelijkheid en lichte verbazing. ‘Kan ik je ergens mee van dienst zijn?’ Zijn woorden galmen na in mijn hoofd. Ik glimlach en loop zo charmant mogelijk naar zijn bureau. Terwijl hij me afwachtend aankijkt komt een lichte paniek in me op. Wat moet ik zeggen? Waarom heb ik dit niet geoefend? ‘Heb je een fijn weekend gehad?’ hoor ik mezelf zeggen. Terwijl hij verteld over een tentoonstelling probeer ik snel een excuus te vinden om hem mee uit te vragen. ‘Die tentoonstelling klinkt erg interessant! Ik ben laatst nog naar een exhibitie van hem geweest’. Dat ik eigenlijk alleen de folder heb gezien doet er even niet toe. ‘Ik vroeg me af of je…’. Niet vergeten te ademen. ‘Ik vroeg me af of het je leuk lijkt na het werk wat te gaan drinken?’ Mijn hart klopt als een gek terwijl ik probeer de indruk te wekken dat ik me hier volkomen op mijn gemak voel. Hij lacht verrast. ‘Ja dat lijkt me erg leuk. Dan kun je me vertellen over die exhibitie’. Ik antwoord iets wat hopelijk charmant klinkt en loop achterwaarts zijn kantoor uit. Even lijkt mijn hartslag wat te vertragen maar dan loop ik snel naar mijn computer. Ik heb 7 uur om informatie over die exhibitie te vinden!
Ben doodmoe en heb de eerste regels gelezen, maar "Terwijl hij verteld over een..." viel mij op.
Alle reacties Link kopieren
Moondancer schreef op 14 februari 2008 @ 23:38:

[...]





Ik merk dat jij de neiging hebt meerdere zinnen in 1 zin te stoppen. Probeer daar eens bewust op te letten wanneer je schrijft. Op deze manier raak ik als lezer de draad kwijt.

Verder ben ik benieuwd wat jouw gedachten waren bij dit stukje? :)




Dank voor je feedback, fijn dat je er zo mee bezig bent! En ik beloof je, morgen kijk ik naar jouw stuk, ik krijg zo steeds meer een beeld van alle stukken en mijn 'mening' daarover.



En je hebt gelijk, de zinnen lopen af en toe raar en nog niet helemaal zoals ik het wil. Daarnaast zie ik dat mijn stukje ook erg fragmentarisch is, niet een 'heel verhaal' maar een gedachtegang van een (eenzame) oude hulpbehoevende vrouw die terug denkt aan de mensen/liefde van vroeger of in vroeger leeft. Ik moet het nog meer 'af' maken. Maar ik wil ook niet te verhalend worden, liever 'sferisch' als dat al iets is ;-)

Morgen meer!
anoniem_58180 wijzigde dit bericht op 15-02-2008 00:33
Reden: hup, naar bed
% gewijzigd
Alle reacties Link kopieren
Leuk topic is dit! Interessant en leerzaam. Prettig om te merken dat er zo met elkaar om gegaan kan worden. Eerlijke kritieken en eerlijke reacties daar weer op, dat zien we niet vaak genoeg. Ik blijf hier zeker meelezen en leren.
vandaag ga ik van alles kunnen
Alle reacties Link kopieren
Moondancer schreef op 14 februari 2008 @ 10:26:

Hier dan mijn verhaaltje over de liefde. Ik kijk uit naar jullie feedback.



Vandaag zou ik het gaan doen ga ik het doen. (Actiever, pakkender, directer. Imho.) Dat heb ik plechtig aan mijn vriendinnen moeten beloven. Ik zou de zin iets actiever maken, directer wederom. Ik heb het mijn vriendinnen beloofd, dus er is geen weg meer terug. Zoiets. Zou trouwens één vriendin geloofwaardiger vinden dan meerdere, maar kan niet goed zeggen waarom. Die werden natuurlijk gek van mijn constante gepraat over hem. Vind het zonde dat deze zin er bij staat, overbodig en maakt het ook een beetje puberaal. Dacht eerst dat het verhaal over een schoolmeisje zou gaan, door deze zin! ‘Als je gaat wachten wacht tot hij je aanspreekt gebeurd er nooit wat’. En ze hebben meestal gelijk. Daar zou(den) ('den' tussen haakjes omdat ik er één vriendin van zou maken, dus dan wordt het: zou) ze best weleens gelijk in kunnen hebben, dus vooruit met de geit! (Maakt wederom iets actiever, iets pakkender)

Ik hang mijn jas op en loop naar mijn bureau. Vanuit mijn ooghoeken kijk ik of hij er al is. De matglazen wand maakt het moeilijk iets te onderscheiden. In mijn poging een glimp van hem op te vangen loop ik nonchalant naar het koffieapparaat. Mijn hart mist een slag wanneer zijn silhouet zichtbaar wordt. Wat is hij toch prachtig, (imho: ik zou een ander woord kiezen. Mannen kunnen sexy zijn, adembenemend, whatever.. Maar práchtig?) zelfs achter die wand.

Ik haal diep adem en dwing mezelf naar de deur van zijn kantoor. Ik heb geen plan. Even blijf ik stilstaan maar dan klop ik aan. Vind dit niet zo'n sterke zin. Dat angstzweet kan veel 'pakkender' Iets als: Ik klop aan voordat de moed me definitief in de schoenen gezonken is. (En da's nóg vrij zwakjes denk ik, maar ik ben moe en moet écht gaan slapen) Zijn gezicht is een mengeling van vriendelijkheid en lichte verbazing. (Moet daar niet iets over de binnenkomst aan vooraf gaan? "Ja?" Ok, daar gaan we.. gelukkig struikel ik niet over de drempel. Enigszins verstrooid kijkt hij op; zijn gezicht.. etc. Ofzo. Dat moment van binnenkomen is éng, rek het een beetje... Bovendien komt het nu over alsof ze direct na de klop geconfronteerd wordt met zijn gezichtsuitdrukking.) ‘Kan ik je ergens mee van dienst zijn?’ Zijn woorden galmen na in mijn hoofd. (Zou ik weglaten. Hoe lang galmen die woorden? Ze blijft niet in die deuropening staan lijkt me. Zo komt het nu wél over.) Ik glimlach en loop zo charmant mogelijk naar zijn bureau. Terwijl hij me afwachtend aankijkt komt een lichte paniek in me op. Wat moet ik zeggen? Waarom heb ik dit niet geoefend? ‘Heb je een fijn weekend gehad?’ hoor ik mezelf zeggen. Terwijl hij verteld (beetje zwak: een enthousiast verhaal afsteekt klinkt iets levendiger) over een tentoonstelling probeer ik snel een excuus opening te vinden om hem mee uit te vragen. ‘Die tentoonstelling klinkt erg interessant! Ik ben laatst nog naar een exhibitie van hem geweest’. Dat ik eigenlijk alleen de folder heb gezien doet er even niet toe. ‘Ik vroeg me af of je…’. Niet vergeten te ademen. ‘Ik vroeg me af of het je leuk lijkt na het werk wat te gaan drinken?’ Mijn hart klopt als een gek terwijl ik probeer de indruk te wekken dat ik me hier volkomen op mijn gemak voel. Hij lacht verrast. ‘Ja dat lijkt me erg leuk. Dan kun je me vertellen over die exhibitie’. Ik antwoord iets wat hopelijk charmant klinkt en loop achterwaarts zijn kantoor uit. (Waaaaar blijft de triomf??! Het is haar gelukt, ze gaan wat drinken! Ze moet stuiteren van enthousiasme, haar hart klopt in haar keel, haar maag maakt een dubbele salto!) Even lijkt mijn hartslag wat te vertragen (volgens mij klopt dat hart in zo'n recordtempo in haar keel dat ik die vertraging behoorlijk onrealistisch vind.. dat hart maakt overuren @ the moment) maar dan loop ik snel naar mijn computer. Ik heb 7 uur om informatie over die exhibitie te vinden!
Mwah, vind het einde niet zo sterk. Ze heeft het gedáán, ze was zo nerveus en nu heeft ze hem uitgevraagd en hij heeft ja gezegd! Ze moet duizend doden sterven, van geluk maar ook van de zenuwen, enne ooooh shit nu moet ze ook nog een heel interessant verhaal voorbereiden over die exhibitie waar ze niet eens naartoe is geweest!

Alle reacties Link kopieren
"gebeurt" in "als je wacht totdat.." is overigens met een t, tegenwoordige tijd, maar ik ga hier geen typo's verbeteren. Daar ging het topic niet om, toch. Vind je invalshoek erg leuk en pakkend Moondancer, kan het me helemaal voorstellen hoe nerveus deze vrouw moet zijn om haar oh zo leuke (collega? leidinggevende?) kantoorgenoot uit te vragen. Plaatsvervangend 'hart in keel'gevoel hoor..!
Alle reacties Link kopieren
PS Digi, ik vind dit verreweg het leukste topic dat je ooit ever geopend hebt! :hug: Heerlijk je zo positief bezig te zien.
Alle reacties Link kopieren
Mastermind, bedankt voor je feedback. Je zegt zinnige dingen! Ik ga mijn stuk morgen herschrijven met (o.a.) jouw feedback in mijn achterhoofd.
Alle reacties Link kopieren
Wat een heerlijk topic is dit. Ik schrijf graag, maar niet erg goed, denk ik. Dit is in ieder geval erg leerzaam. Het commentaar op Digi over haar "wollige" taalgebruik was in ieder geval een eye opener, ik merk dat ik ook nogal de neiging heb om in een boel zangerig klinkende woorden een punt te maken, terwijl dat punt er dan juist niet komt. Ik blijf zeker meelezen, en misschien durf ik op den duur ook wel mee te schrijven. :)
Alle reacties Link kopieren
Raaf85, jij hebt trouwens precies gedaan wat ik graag wil gaan doen. Geschiedenis en daarna richting journalistiek. Ik moet nog zien dat ik uiteindelijk op de uni beland, maar het is fijn om te lezen dat geschiedenis dus echt een goede basis kan zijn om iets journalistiekerigs te gaan doen.
Alle reacties Link kopieren
.
Alle reacties Link kopieren
.
Alle reacties Link kopieren
Ik heb de deadline vanwege Valentijn ook niet gehaald. Post ik het later vandaag, want ik heb nu een afspraak. Ik ga zeker ook nog feedback geven. Ben in elk geval tot nu toe bijgelezen :)
Het is mij: shaHla :) (Iranian version)
Alle reacties Link kopieren
Ook als meelezer is dit echt een leuk topic geworden. Het stuk van FV vind ik ook erg goed. Tijdens het lezen zat ik al te hopen dat het nog goed kwam, en ik zou meer willen weten. Maw, als dit de eerste pagina van een boek was, (lees in boekenwinkels altijd de eerste pagina) had ik hem waarschijnlijk gekocht.
Alle reacties Link kopieren
Moondancer schreef op 14 februari 2008 @ 10:26:

Hier dan mijn verhaaltje over de liefde. Ik kijk uit naar jullie feedback.



Vandaag zou ik het gaan doen. Dat heb ik plechtig aan mijn vriendinnen moeten beloven. Die werden natuurlijk gek van mijn constante gepraat over hem. ‘Als je gaat wachten tot hij je aanspreekt gebeurd er nooit wat’. En ze hebben meestal gelijk.

Ik hang mijn jas op en loop naar mijn bureau. Vanuit mijn ooghoeken kijk ik of hij er al is. De matglazen wand maakt het moeilijk iets te onderscheiden. In mijn poging een glimp van hem op te vangen loop ik nonchalant naar het koffieapparaat. Mijn hart mist een slag wanneer zijn silhouet zichtbaar wordt. Wat is hij toch prachtig, zelfs achter die wand.

Ik haal diep adem en dwing mezelf naar de deur van zijn kantoor. Ik heb geen plan. Even blijf ik stilstaan maar dan klop ik aan. Zijn gezicht is een mengeling van vriendelijkheid en lichte verbazing. Waarom is hij licht verbaasd? ‘Kan ik je ergens mee van dienst zijn?’ Misschien iets te netjes taalgebruik? Ik zou zoiets zeggen van 'Kan ik iets voor je doen?', of 'Waarmee kan ik je helpen'. Zijn woorden galmen na in mijn hoofd. Ik glimlach en loop zo charmant mogelijk naar zijn bureau. Terwijl hij me afwachtend aankijkt komt een lichte paniek in me op. Wat moet ik zeggen? Waarom heb ik dit niet geoefend? ‘Heb je een fijn weekend gehad?’ hoor ik mezelf zeggen. Terwijl hij verteld over een tentoonstelling probeer ik snel een excuus te vinden om hem mee uit te vragen. ‘Die tentoonstelling klinkt erg interessant! Ik ben laatst nog naar een exhibitie van hem geweest’. Dat ik eigenlijk alleen de folder heb gezien doet er even niet toe. ‘Ik vroeg me af of je…’. Niet vergeten te ademen. ‘Ik vroeg me af of het je leuk lijkt na het werk wat te gaan drinken?’ Mijn hart klopt als een gek terwijl ik probeer de indruk te wekken dat ik me hier volkomen op mijn gemak voel. Hij lacht verrast. ‘Ja dat lijkt me erg leuk. Dan kun je me vertellen over die exhibitie’. Ik antwoord iets wat hopelijk charmant klinkt en loop achterwaarts zijn kantoor uit. Even lijkt mijn hartslag wat te vertragen maar dan loop ik snel naar mijn computer. Ik heb 7 uur om informatie over die exhibitie te vinden!




Ik ben het eens met mastermind dat het einde iets kan worden uitgeweid: de blijdschap en zenuwenontlading uitgebreider beschrijven. Verder goede opbouw en spanningsboog.



Leuk om zo naar tekst te kijken ja! En bedankt ook voor jouw kritiek, ik was het met je eens en kan er zeker wel wat mee.
anoniem_40386 wijzigde dit bericht op 15-02-2008 10:59
Reden: interpunctie
% gewijzigd
Alle reacties Link kopieren
wen schreef op 14 februari 2008 @ 10:13:

Oke, ik vind het doodeng, heb nog nooit zoiets geschreven. Maar hier is dan mijn stukje over de liefde. Schiet u maar!





Een roos voor Valentijn



Zijn auto parkeert hij een eindje van de ingang vandaan. Zo kan hij net haar raam zien. Geen beweging. Hij tuurt een paar minuten naar het raam, in gedachten verzonken. Dan pakt hij de roos, en stapt uit.



'Goedemorgen, naam en paspoort graag.'

'Van der Laak, voor Sonja van der Laak.'

De bewaakster kijkt op: 'Meneer van der Laak, u hier? Ik had niet gedacht....'

Hij glimlacht vriendelijk.

'Mag ik u iets vragen? Waarom.... waarom komt u nog steeds?'

'Ik kan niet anders, mevrouw.'



Hij geeft zijn horloge, zijn portemonnee en zijn autosleutels af bij twee bewakers die hem grijnzend aankijken. Terwijl hij wegloopt hoort hij ze hardop grinniken. Ze doen maar, denkt hij, ze weten niet hoe het voelt om zo van iemand te houden.



Een forse man brengt hem door de gang naar de bezoekersruimte. Door het raam kan hij haar zien aankomen. Haar boeien worden losgemaakt voor ze gaat zitten. Wat ziet ze er mooi uit vandaag, met haar blonde haren slordig opgestoken en haar lippen gestift. Zou er een kus inzitten vandaag?



'Koffie, meneer?'

'Ja, graag.'

'Met suiker, melk of heeft u liever een lepeltje arsenicum?'

Een bulderende lach vult de gang. Misschien wel iets te gemeen, zoals iemand anders al had gezegd, daardoor wordt het denk ik minder realistisch. Van der Laak krimpt ineen.

'Maakt u het niet te lang? We verwachten nog een bezoeker voor mevrouw Van der Laak, van de mannenafdeling.'



Hij mag naar binnen. Ze kijkt op.

'Jij weer? Wat moet je toch van me? Arnout komt zo.'

'Ik kom Valentijnsdag met je vieren. Ik heb een roos voor je meegenomen.'

Ze zwijgt.

'Ik hoopte... ik wil een nieuwe start maken met je. Alles achter ons laten, de rechtszaak, die kerel, alles. Ik wil met je samen zijn, ik heb het je allang vergeven.'

'Wat ben je toch een loser. Stuur je eindelijk de scheidingspapieren eens op? Ik wil je niet meer zien. Ik kan die rotkop van je niet meer verdragen.'



De forse bewaker opent de deur. De tijd is om. Hij loopt naar buiten. Bij de uitgang geeft hij de roos aan de vriendelijke bewaakster. 'Wilt u die bij Sonja's post doen? Tot volgende week.'




Verder vind ik het leuk hoe hij zo volhardend is terwijl hij zo wordt afgewezen. Sommige stukjes kunnen denk ik nog iets worden uitgerekt qua gevoelens en/of gedachten, zoals bv. de laatste alinea.
anoniem_40386 wijzigde dit bericht op 15-02-2008 11:17
Reden: formulering duidelijker maken
% gewijzigd
Alle reacties Link kopieren
Hier nog een meelezer. In eerste instantie was ik van plan om mee te doen aan feedback geven op iedereens schrijven, maar er zijn zoveel bijdrages dat het te veel werk is.



Ik wilde die van jou eruit pikken om op te reageren Fashionvictim.



fashionvictim schreef op 14 februari 2008 @ 22:58:

'Snap je het dan niet?'

Ik kijk hem aan, zo lang dat het lijkt alsof de wereld alleen nog maar uit zijn bruine ogen bestaat. Zijn lieve bruine ogen, waar ik zo vaak een zweem groen in denk te zien. Mijn stem hapert.

'Ik kan het niet.' Het is nauwelijks verstaanbaar, dus ik haal adem en zeg het hardop nog een keer. 'Ik kan het niet.' De gekwetste blik waarmee hij me soms aankijkt is op slag terug. Wat ben ik ook een trut.



'Het ligt niet aan jou. Tim... hè verdomme, Timmy heeft me verpest. Ik bedoel, het zou nooit goed gaan. Het is alsof jij uit Family Ties komt en ik uit Married with Children. Weet ik het. Scarface meets Titanic. Het kan gewoon niet, okee?' Die alinea vind ik wat storend, omdat het niet echt iets toevoegt en de vaart eruit haalt. De vergelijkingen zeggen ook verder niet echt iets over de hoofdpersonen.



Ik wou dat hij boos werd. Hij komt dichterbij, waardoor ik zijn adem over mijn wang voel strijken. Als ik nu naar voren leun stap, val leun ik in de holte van zijn schouder. [Je valt op zijn schouder of in de holte van zijn arm. Ik vind 'vallen' ook niet de juiste term.] Hij ruikt altijdnaar wasverzachter en doucheschuim en naar hem. [Dat vind ik geen mooilopende zin.] Aarzelend tilt hij zijn arm op, alsof hij het haar uit mijn gezicht wil vegen. Ik doe een stap naar achter. Verbaasd kijkt hij naar de hand die vlakbij mijn gezicht roerloos in de lucht hangt. Alsof hij zelf niet begrijpt dat hij zelfs nu nog voor me wil zorgen. Ik sluit mijn ogen, probeer hem met mijn gedachten te dwingen zijn beweging af te maken. Als ik het maar hard genoeg wens, dan hoef ik niet meer weg. Nog een stap naar voren, eentje maar, zodat ik me kan begraven in de werkelijkheid die hij is.

Hij zucht. 'Als ik nu ga, zie je me nooit meer terug.'



Jezus, wat een deja-vu. Het was in ons huis op de Kostverlorenkade. We hadden ruzie en ik zei dat hij weg moest gaan. Tim zei slechts 'Als ik nu ga, zie je me nooit meer terug.' had alleen gezegd dat ik hem nooit meer terug zou zien. Dezelfde woorden. Ik had heb hem niet laten gaan. ['ik had' vind ik hier niet mooi'.] Ik liet hem naar beneden lopen en wachtte tot hij in zijn auto was gestapt. En [ik zou dat hier weglaten, om de vaart erin te houden] toen rende ik naar beneden, de tranen stromend over mijn wangen. Mijn slippertjes klepperden op de stoep, achter zijn stapvoets rijdende auto aan. [waarom rijdt iemand stapvoets in een auto? Terwijl ik hem huilend zei achterna riep [hij zat toch in een wegrijdende auto?]dat ik niet wilde dat hij ging, wist ik dat we allebei deden alsof. [onlogische overgang van scene in auto en jij erachter aan roepend/zeggend, en ineens samen (pratend/staand)?] Koning en koningin in onze eigen soap. Zelfs het weer speelde ons spelletje mee. Het miezerde. Mijn t-shirt plakte tegen mijn borsten terwijl hij me optilde en ik hem zoende, zoende, zoende... alsof mijn leven ervan afhing. Oscar voor de beste regie.



Hij kijkt me nog steeds met die gepijnigde blik aan. Ik wil een sigaret opsteken, maar hij haat roken. Roken is voor losers die zich geen houding weten te geven. Of voor mensen met een death wish. Hij zou het opvatten als een fuck you. [Deze toevoeging over roken en losers klinkt me te kunstmatig. Het voegt er voor het verhaal zelf ook niet iets aan toe en zou er uit kunnen zonder dat het verder iets ervan afneemt.]

Onwillekeurig gaan mijn gedachten terug naar die boodschap op mijn antwoordapparaat. De een na laatste boodschap die Tim ooit [ooit? nu is het ineens alsof hij dood is. Het woordje ooit doet me nu twijfelen of ik wel heb begrepen hoe het verhaal loopt] insprak. 'Doe verdomme niet zo koppig. Je zit zeker weer duizend sigaretjes te roken en kwaad te kijken. Ik weet precies hoe je er nu bijzit, en ik weet ook al wat je gaat zeggen, dus je kan net zo goed opnemen. Dan zeg jij dat je er geen zin meer in hebt, dan ga ik effe schelden, dan scheld jij terug, en dan ga ik lachen. En je weet zelf dat jij dan ook moet lachen, dus we kunnen net zo goed daar beginnen.'

Zijn gelach had me er toen bijna toe verleid om toch op te nemen. Mezelf vervloekend omdat ik ook lachte, had ik uit protest snel mijn sigaret uitgedrukt. ['had uitgedrukt' leest lelijk, 'drukte ik mijn sigaret snel uit' klinkt lekkerder.]



God, wat snak ik naar een sigaret. Naar de geur van tabak en zonnebrandcrème en leer. [Nu niet meer naar zijn geur dus?] Naar de lachrimpeltjes rond zijn groene ogen. Het verlangen snijdt door mijn hart, mijn maag, mijn longen, vreet mijn ingewanden op als een kankergezwel dat alles stuk maakt. En het enige wat helpt is verdrinken in de geur van wasverzachter en doucheschuim en hem. Red me. [Dit 'red me' zou ik schrappen. Om het verhaal krachtig te houden.] Alsjeblieft, red me.



In plaats daarvan zeg ik:

'Het spijt me. Ik wou dat het anders was.'

Zwijgend draait hij zich om. Bij de deur kijkt hij me aan.

'Het ga je goed, Lotjelief.' [Die naam zou ik weglaten, om het verhaal niet af te zwakken. Namen roepen associaties op en het voegt hier niets toe. 'Het ga je goed' vind ik wat melodramatisch en meer theater dan spreektaal.]Ik krimp ineen en fixeer mijn blik op zijn borst. Zelfs die straalt drukt verdriet uit. [Is daar geen ander woord voor dan uitstralen? Een mannenborst die iets uitstraalt, dat klinkt me wat kunstmatig.] Hij heeft de deurklink al in zijn hand. 'Ik hoop echt dat je ooit weer gelukkig wordt.'



[Hij keert zich om en] Met een zachte klik doet hij de deur achter zich dicht. Ik hoor [het geluid van] zijn voetstappen wegsterven op de trap. De benedendeur valt hard [hard? hij is juist zo geruisloos en voorzichtig in alles.. of is het in de beleving van de ik-figuur zo hard?] in het slot.

Ik loop naar de deur, maar doe hem niet open. Zuchtend leun ik ertegenaan. Bij het geluid van zijn startende auto, komen de tranen.
Alle reacties Link kopieren
Susan schreef op 14 februari 2008 @ 08:09:

Liefdesverhaaltje



'Laten we maar gaan slapen,' fluisterde Daan en knipte het lichtje uit. Ik draaide me op mijn zij. Geen makkelijke slaaphouding, ik wist alweer dat ik vannacht minstens een keer wakker zou worden met pijn in mijn heupen, en dat kussen was ook te warm onder mijn oor. Op mijn buik slapen durfde ik niet meer en op mijn rug was op de een of andere manier onprettig, Vena cava syndroom, had ik op internet gelezen, iets met een holle ader die dichtgedrukt werd. Hoe dan ook. Ik moest er maar aan wennen dat lekker slapen er de komende tijd niet bij zou zijn.

Daan legde voorzichtig zijn arm om me heen en kroop tegen me aan. Vannacht zou ik het waarschijnlijk weer te warm hebben, maar voor nu was het wel behaaglijk. . --> deze zin kan je volgens mij lekkerder laten lopen, ik merk dat ik bij het lezen deze zin opnieuw moet lezen om hem te snappen. Ik luisterde naar zijn ademhaling en vroeg me af of ik in slaap zou vallen als ik in hetzelfde ritme zou proberen te ademen. In mijn buik voelde ik dat geruststellende gevoel, die subtiele golfbeweging. Hij was in ieder geval wakker en zou de komende uren ook wakker blíjven.

'Hé,' fluisterde Daan. 'Was dat 'm?'

Nog een keer een duwtje, precies onder Daans hand. 'Hé, ik voelde weer iets. Dat was 'm toch?'

'Ja!' antwoordde ik, 'ja, dat was 'm, je hebt 'm eindelijk gevoeld!'

Daan pakte me nog steviger vast en kuste van achteren mijn wang. Ik legde mijn twee handen op mijn buik, half over die van Daan heen, en lag nog een tijdlang te glimlachen in het donker. Daar lagen we dan, met z'n drieën. Ons gezin.
Je draagt goed emotie over op de lezer op het einde (bij het laatste stukje, als duidelijk wordt wat er aan de hand is). Ik denk dat het middelste gedeelte, de gedachten van de vrouw, nog iets makkelijkerder leesbaar kan worden gemaakt.
anoniem_40386 wijzigde dit bericht op 15-02-2008 11:16
Reden: duidelijkere formulering
% gewijzigd
Alle reacties Link kopieren
Ik geloof dat ik feedback geven niet eens minder eng vind dan het plaatsen van een stuk :-)

Nu heb ik even geen tijd, maar ik ga later zeker proberen stukken te becommentariëren (zo! da's nog eens een woord).
Alle reacties Link kopieren
zo, ik ga straks weer verder het rijtje af! Als iemand op mij wil schieten, graag :) , ik sta onderaan p. 9.
Alle reacties Link kopieren
ik merk btw dat feedback geven nog best moeilijk is: moeilijk om de vinger precies op de juiste plekken te leggen. Goede oefening voor mij iig!
Alle reacties Link kopieren
Moondancer schreef op 14 februari 2008 @ 10:26:

Hier dan mijn verhaaltje over de liefde. Ik kijk uit naar jullie feedback.



Vandaag zou ik het gaan doen. Dat heb ik plechtig, dit vind ik zelf geen mooi 'schrijf' woord, te afstandelijk aan mijn vriendinnen moeten beloven. Die werden natuurlijk gek van mijn constante gepraat over hem. ‘Als je gaat wachten tot hij je aanspreekt gebeurd er nooit wat’. [b]zou nog duidelijker zijn: bv directer aangeven dat je veel praat over hem maar niet tegen hem [/b] En ze hebben meestal gelijk.



Ik hang mijn jas op en loop naar mijn bureau. Vanuit mijn ooghoeken kijk ik of hij er al is. De matglazen wand maakt het moeilijk iets te onderscheiden. In mijn poging een glimp van hem op te vangen loop ik nonchalant naar het koffieapparaat. wat wil je met het nonchalant zeggen? Misschien is het mooier het achterliggende idee te beschrijven. De zenuwen/opwinding maar dit niet willen laten merken

Mijn hart mist een slag wanneer zijn silhouet zichtbaar wordt. Wat is hij toch prachtig, zelfs achter die wand.



Ik haal diep adem en dwing mezelf naar de deur van zijn kantoor. Ik heb geen plan. Dit snap ik niet, hoezo geen plan en waarom zeg je dat nu? Het komt later ook terug, dus dan zou ik er hier duidelijker over zijn of verderop in het verhaal? . Even blijf ik stilstaan maar dan klop ik aan. Zijn gezicht is een mengeling van vriendelijkheid en lichte verbazing. ‘Kan ik je ergens mee van dienst zijn?’ Klinkt afstandelijk. Zegt hij dit met ironie omdat er bv al een eerdere spanning tussen jullie was? Of zien jullie elkaar voor het eerst? Die zin roept bij mij dat soort vragen op

Zijn woorden galmen na in mijn hoofd. Ik glimlach en loop zo charmant mogelijk naar zijn bureau. Terwijl hij me afwachtend aankijkt komt een lichte paniek in me op. Wat moet ik zeggen? Waarom heb ik dit niet geoefend? ‘Heb je een fijn weekend gehad?’ hoor ik mezelf zeggen. Terwijl hij verteld over een tentoonstelling probeer ik snel een excuus te vinden om hem mee uit te vragen. ‘Die tentoonstelling klinkt erg interessant! Ik ben laatst nog naar een exhibitie van hem geweest’. Dat ik eigenlijk alleen de folder heb gezien doet er even niet toe. ‘Ik vroeg me af of je…’. Niet vergeten te ademen. ‘Ik vroeg me af of het je leuk lijkt na het werk wat te gaan drinken?’ Mijn hart klopt als een gek terwijl ik probeer de indruk te wekken dat ik me hier volkomen op mijn gemak voel. Hij lacht verrast. ‘Ja dat lijkt me erg leuk. Dan kun je me vertellen over die exhibitie’. Ik antwoord iets wat hopelijk charmant klinkt en loop achterwaarts zijn kantoor uit. Waarom achterwaarts? Wat wil je daarmee aangeven? Kan je dat dan ook anders beschrijven? Even lijkt mijn hartslag wat te vertragen maar dan loop ik snel naar mijn computer. Ik heb 7 uur om informatie over die exhibitie te vinden!Zeven uur is voor mij een eeuwigheid, voor de hoofdpersoon ook of moet ze juist haasten?




De spanningsopbouw zit mooi in het verhaal, zou alleen aan het eind meer naar het begin terug grijpen. Zoiets zegt MM ook geloof ik, je neemt je voor eindelijk stappen te ondernemen maar ik lees daar aan het eind niets over terug.

Hoop dat je er wat mee kan :-)
anoniem_58180 wijzigde dit bericht op 15-02-2008 12:24
Reden: grrrrr die btjes
% gewijzigd
Alle reacties Link kopieren
Feedback geven is heel lastig! Alleen al omdat ik gestoord word van al die codes die je uit elkaar moet houden en tegelijkertijd moet proberen om de boel nog wel navolgbaar en leesbaar te houden... grrrr!

Dit is een oud topic. Het topic is daarom gesloten.
Maak een nieuw topic aan om verder praten over dit onderwerp.

Terug naar boven